6.7.7
Aluminiumleider aansluiten
Als u aluminium geleiders gebruikt, let dan ook het volgende:
• Gebruik alleen voor de aansluiting van aluminium geleiders geschikte kabelschoenen.
• Verwijder de oxidelaag aan de contactpunten op de geleider en/of op het tegenstuk vlak voor
het aanbrengen van de aluminiumgeleider. Gebruik daarvoor een borstel of vijl.
• Vet de contactpunten daarna meteen met neutrale vaseline in. Op die manier kunt u nieuwe
oxidatie vermijden.
De aandraaimomenten voor de elektrische aansluitingen van het klemmenbord en de aarding
vindt u in de tabel onder geval A.
6.7.8
Minimum luchtafstanden
Controleer na de vakkundige montage, of de minimale luchtafstand tussen niet geïsoleerde
delen wordt nageleefd. Let daarbij op de afstaande draadeinden.
Tabel 6-4
Effectieve waarde van de wisselspanning U
De waarden gelden voor een montagehoogte tot 2000 m.
Bij vaststelling van de benodigde minimale luchtafstand mag de spanningswaarde in de tabel met de factor
1,1 worden verhoogd, zodat het huidige nominale spanningsbereik bij algemeen gebruik in acht wordt
genomen.
Type 1MB5 - Ashoogte 400/450
Bedieningshandleiding, 04/2023, A5E52802435A
LET OP
Contactdrukafhankelijk vervormen van het aluminium
Door de contactdruk kunnen aluminium onderdelen na de montage alsnog gaan
vervormen. De verbinding met de klemmoeren kan daardoor loskomen. De
overgangsweerstand stijgt en de stroomovergang wordt belemmerd. Dit kan brand en
materiële schade aan de machine tot gevolg hebben en kan leiden tot het uitvallen van de
machine, of kan ook materiële schade aan de installatie veroorzaken door het uitvallen van
de machine.
• Trek de klemmoeren na circa 24 uur aan en nog een keer na circa 4 weken. Let erop dat
de klemmen spanningsvrij geschakeld zijn.
Minimale luchtafstand afhankelijk van effectieve waarde van de wisselspanning U
≤ 500 V
≤ 630 V
≤ 800 V
≤ 1000 V
≤ 1250 V
Minimale luchtafstand
eff
Elektrische aansluiting
6.7 Kabelaansluiting
eff
8 mm
10 mm
12 mm
14 mm
18 mm
91