Motorbediening
Opwarmen van de motor
Starten van een warme motor
1. Hefboom voor handgas-
stand
1. Spoelpomp
1. Starthendel
De motor stoppen
1. Hefboom voor handgas-
stand
1.
Zodra de motor is gestart, laat hem dan gedurende 2 tot 3
minuten warmdraaien in de stationaire stand (d.w.z. laag
toerental).
2.
Het warmdraaien van de motor helpt bij een betere smering
van de inwendige onderdelen. Laat de motor volledig opwar-
men, vooral als het koud is.
3.
Laat de motor nooit draaien zonder dat de blaasbuizen zijn
aangebracht.
De startprocedure is dezelfde als bij een Koude Start, behalve
dat u de choke NIET SLUIT.
1. Hefboom voor handgasstand
Zet de hefboom voor handgasstand in de stand START/STA-
TIONAIR (
).
2. Spoelpomp
Druk op de spoelpomp totdat er brandstof zichtbaar is en
doorvloeit in de doorzichtige brandstofretourleiding.
3. Reactiestarter
Trek aan de starthendel. De motor moet dan starten.
OPMERKING
Indien de motor niet start nadat u 5 keer aan het starthendel
hebt getrokken, gebruik dan de koude-startprocedure.
1. Hefboom voor handgasstand
Duw de hefboom voor handgasstand in de stationaire positie
(
) en laat de motor enkele minuten stationair draaien voor-
dat u de motor uitschakelt.
2. Zet de hefboom voor handgasstand in de stand "
18
"(Stop).