Kettingolie
• Het smeren van de ketting
gebeurt automatisch en we
raden aan een speciale olie
(kettingolie) met goede
adhesie.
• In landen waar geen
kettingolie verkrijgbaar is,
kan transmissieolie EP 90
worden gebruikt.
• Gebruik nooit gebruikte olie.
Dit kan de oliepomp, het
zaagblad en de ketting
beschadigen.
• Het is belangrijk het juiste
olietype te gebruiken in
verhouding tot de
luchttemperatuur (juiste
viscositeit).
• Bij temperaturen onder 0°C
worden bepaalde
oliesoorten minder visceus.
Dit kan de pomp
overbelasten en de
komponenten van de pomp
beschadigen.
• Neem contact op met uw
dealer voor het kiezen van
de juist kettingolie.
28
– Nederlands
BRANDSTOFHANTERING
Tanken
!
WAARSCHUWING! Om het risico op brand te
verminderen, moet u de volgende
voorzorgsmaatregelen nemen.
• Rook nooit of plaats nooit warme voorwerpen in de
buurt van de brandstof.
• Tank nooit terwijl de motor draait.
• Open de dop van de tank voorzichtig wanneer u wilt
tanken zodat eventuele overdruk langzaam verdwijnt.
• Haal de dop van de tank goed aan na het tanken.
• Verplaats de zaag altijd een eind van de tankplaats
voor u de motor start.
Maak de dop van de tank en
de directe omgeving goed
schoon.
Maak de brandstof- en
kettingolietanks regelmatig
schoon.
Het brandstoffilter moet
minstens één keer per jaar
vervangen worden.
Verontreinigingen in de tank
kunnen defecten veroorzaken.
Zorg ervoor dat de brandstof
goed gemengd is door de
jerrycan voorzichtig te schud-
den voor u de tank vult. De
volumes van de kettingolie- en
brandstoftanks zijn goed op
elkaar afgestemd.
Vul daarom de kettingolie- en
de brandstoftank altijd op
hetzelfde tijdstip.
Min 3 m
(10ft)