Signature Test (Handtekeningtest)
Tijdens de handtekeningtest genereert het product een stijgend en
dalend signaal van 4 mA naar 20 mA naar 4 mA, en registreert de
druk die door de klepstandsteller op de actuator wordt uitgeoefend
en de stand van de klep.
Instellen:
1.
Ga naar het menu Signature Test (Handtekeningtest). Zie
afbeelding 52.
Afbeelding 52. Signature Test (handtekeningtest) instellen
2.
Druk op de knop om de cursor door de opties te verplaatsen.
3.
Bevestig de Ramp Time (stijgtijd), wijzig deze indien nodig.
4.
Wijzig Tolerance (Tolerantie) waar nodig van 1 % tot 20 %.
5.
Selecteer in het menu voor de kalibratorinstellingen Test
Tolerance > Valve Test Parameters
(Kleppentestparameters) om de standaard testtoleranties in te
stellen.
6.
Verander de stapgrootte waar nodig van 0,1 mA tot 4,0 mA.
Om de test uit te voeren:
1.
Druk op om de test te starten.
Het product varieert het 4-tot-20mA-signaal, bewaakt de
variabelen TV en QV (druk en stand) en vergelijkt deze met
verwachte waarden.
•
Goed testresultaat: de standvariabele is zoals verwacht.
•
Marginaal testresultaat: de waarde van de standvariabele
ligt dicht bij de testtolerantie.
•
Slecht testresultaat: de afwijkende waarden van de
standvariabele variëren meer dan de tolerantie.
2.
Selecteer Save (Opslaan) om de testresultaten op te slaan en
later te uploaden naar de ValveTrack-software.
Of selecteer Discard (Weggooien) als u het testresultaat niet
wilt opslaan.
Manual Test (Handmatige test)
Selecteer Manual Test (Handmatige test) om het aangelegde mA-
signaal en de HART-variabelen te zien. Zie afbeelding 53.
Afbeelding 53. Manual Test (Handmatige test)
De HART-variabelen die op het display verschijnen, bieden
belangrijke informatie over de werking van de klep.
Toewijzing van HART-variabelen:
PV: Gedigitaliseerde mA-waarde die de mA-waarde
vertegenwoordigt die wordt toegepast op de klep.
Opmerking
Deze waarde moet nauw overeenkomen met de
toegepaste mA-waarde.
SV: Instelwaarde waarbij de klep naar verwachting in % van de
slag zal staan. Vooruit werkende kleppen zijn geconfigureerd voor
Fail Open (FO), omdat het 4-to-20mA-signaal de klep van 0 %
naar 100 % van de slag beweegt (van open naar gesloten)
wanneer 4-to-20mA-signalen worden aangelegd. Als de klep is
geconfigureerd als FC (Fail Close) en vooruit werkt, gaat de klep
open wanneer het aangelegde mA-signaal stijgt naar 20 mA.
Precision Loop Calibrator
Kleppentests (710)
35