Inhoud
Aansluitingen
o Er wordt geen geluid weergegeven
Symptoom
Er komt geen geluid uit de
0
luidsprekers.
0
0
0
0
0
0
0
0
0
De ingangsindicator
0
COAXIAL of OPTICAL 1/2
0
knippert.
o Het gewenste geluid wordt niet weergegeven
Symptoom
Er komt geen geluid uit een
0
specifieke luidspreker.
0
De linker-en rechterkant
0
van de stereoklank zijn
verwisseld.
Voorpaneel
Achterpaneel
Weergave
Controleer de aansluitingen van alle apparaten.
Sluit de aansluitkabels stevig aan.
Controleer of de ingangen en uitgangen niet omgekeerd zitten.
Controleer de kabels op schade.
Controleer of de luidsprekerkabels goed zijn aangesloten. Controleer of de kerndraden van de kabel het
metalen gedeelte op de luidsprekeraansluitingen niet raken.
Maak de luidsprekeraansluitingen stevig vast. Controleer of de luidsprekeraansluitingen niet los zitten.
Controleer of de goede ingangsbron is geselecteerd.
Pas het volume van het toestel aan.
Schakel de dempingsfunctie uit.
Controleer de instellingen van de toets SPEAKERS A/B.
Controleer de aansluiting van de coaxiale digitale kabel of optische kabel.
Stel het digitale audio-uitgangssignaal van het aangesloten apparaat in op 2-kanaals lineaire PCM.
Controleer of de luidsprekerkabels goed zijn aangesloten.
Regel de BALANCE-bedieningstoets.
Controleer of de luidsprekers links en rechts zijn aangesloten op de juiste luidsprekeraansluitingen.
Afstandsbediening
Instellingen
Oorzaak / Oplossing
Oorzaak / Oplossing
40
Index
Tips
Appendix
Blz.
16
-
-
-
17
17
27
27
27
27
22
42
Blz.
17
27
17