Inhoudsopgave
Advertenties
3.1 Voorzorg en veiligheid installatie
Een juiste installatie en bediening van de kachel zoals beschreven in deze handleiding garandeert
een veilig gebruik en een optimale benutting van de ontstane warmte. Daarnaast zal ook de lange
levensduur en hoge betrouwbaarheid van de kachel behouden blijven. Lees daarom onderstaande
opsomming aandachtig door en volg ze op.
☛ U dient de installatie van uw kachel bij voorkeur te laten uitvoeren door een vakbekwame
installateur voor hout gestookte toestellen.
☛
Laat de kachel installeren volgens de geldende nationale, lokale en bouwkundige
(installatie)voorschriften.
☛
Het rookkanaal dient vooraf beoordeeld te worden op geschiktheid voor de kachel en
geïnspecteerd en/of gereinigd te worden door een erkend specialist. Laat het rookkanaal minimaal
één keer per jaar controleren en reinigen door een specialist. Alleen met een goed rookkanaal zal
uw kachel veilig en probleemloos functioneren.
☛
Op een brandbare vloer moet een stalen vloerplaat onder de kachel worden aangebracht. Een
(bij)passende vloerplaat is als accessoire bij uw leverancier verkrijgbaar.
☛
Breng zelf geen wijzigingen aan de kachel aan, tenzij dit in de handleiding wordt gevraagd.
☛
Gebruik uitsluitend originele onderdelen ter vervanging en onderhoud.
☛
Voer geen werkzaamheden uit wanneer de kachel nog warm is.
☛
Stook de kachel alleen met de aanbevolen brandstof (zie hoofdstuk "Brandstof")
☛
Volg nauwkeurig de stookinstructies zoals vermeld in het hoofdstuk "Aansteken" en "Stoken"
☛
Gebruik de kachel niet als afvalverbrander/allesbrander.
☛
Houd rekening met de, op het typeplaatje vermelde, minimale afstand van de kachel tot
brandbare voorwerpen of materialen.
☛
Laat geen kleding, handdoeken e.d. op de kachel drogen.
☛
Vermijd contact met een brandende kachel ter voorkoming van brandwonden en/of vlamvatten
van kleding.
☛
Zorg voor voldoende toevoer van verbrandingslucht. Dit kan, indien mogelijk, door middel van
een externe luchttoevoer set.
☛
Sluit bij schoorsteenbrand de luchttoevoer; doof eventueel het vuur met zand en bel de
brandweer of het noodnummer 112.
3.2 Controle positie van vlamplaat en houtrek
Tijdens het transport van de kachel kan het gebeuren dat de vlamplaat en/of het houtrek door
trillingen of schokken verplaatsen. Controleer daarom of zij nog goed gepositioneerd zijn, zo niet
dan wordt hieronder uitgelegd hoe u de vlamplaat en het houtrek weer op de juiste positie plaatst.
Open de deur van de kachel en verwijder alle losse onderdelen zoals spuitbus en asschep uit
de brandkamer.
Controleer of de vlamplaat is geplaatst zoals aangegeven in de afbeelding hieronder. De nok
aan de steun moet in de sparing in de vlamplaat steken.
☛ De vlamplaat moet goed aansluiten op de steunen links en rechts in de kachel en op de
koker achterin de kachel.
2023-V3_KWADRAAT
30 juni 2023
21
Advertenties
Inhoudsopgave
