TW1: temperatuursensor, DHW
TW2: temperatuursensor, DHW
MD1: condensatiesensor (accessoire voor koelmodus)
I1-I4: externe ingangen
EMS-BUS kabel voor accessoire
Afb. 26 Kabelinstallatie
[1]
Aansluitdoos
[2]
Bevestigingspunt voor bevestigen van de kabels met bindband-
jes. De kabels moeten aan deze zijde van de scheiding worden be-
vestigd.
[3]
Elektrische verwarming en leiding achter isolatie
[4]
Bevestigingspunt op plaatstalen plaat voor bevestigen van de ka-
bels met bindbandjes.
Compress 5800i AW – 6721866650 (2023/09)
10
9
1
2
3
Afb. 27 Kabeldoorvoeren naar de aansluitdoos
4
[1]
[2]
[3]
0010041695-004
[4]
[5]
[6]
[7]
[8]
[9]
[10] Trekontlasting
[11] Bevestigingspunt voor sensor-/communicatiekabels
Voor kabeldoorvoer (afbeelding 27[2], [3], [4], [10]) is een kleine
doorsteek in het membraan voldoende om vervolgens de kabels door te
steken.
▶ Waarborg nadat de kabel is geplaatst, dat de kabel volledig door het
membraan wordt omsloten.
▶ Zet na het plaatsen van de kabels de kabelwartels vast
(afbeelding 27 [1], [5], [6], [7], [8]).
▶ Gebruik de aangegeven bevestigingspunten [12] om de kabels vast
te zetten die door de doorvoeren zijn geïnstalleerd (afbeelding 27
[2], [3], [4]).
11
230 V~1 N, uitgang voor accessoiremodule
CAN-BUS-kabels
T0: temperatuursensor, aanvoer
T1: temperatuursensor, buiten
TW1: temperatuursensor, DHW
TW2: temperatuursensor, DHW
I1-I4: externe ingangen
MD1: condensatiesensor (accessoire voor koelmodus)
EMS-BUS: accessoire
230 V ~1 N relaisuitgangen voor circulatiepomp PC1, cv-groep
230 V~1 N, uitgang naar warmwatercirculatiepomp PW2
230 V~1 N, uitgang PK2, koelseizoen
Klemmen in aansluitdoos
400 V~3 N, voeding voor binnenunit. De kabel moet worden be-
vestigd met een trekontlasting [11]
Elektrische aansluiting
1
2
3
4
5
6
7
8
0010050570-001
21