1
Afb. 10 Meetpunt voor de controle van de dichtheid van de rookgasaf-
voerbuis
[1]
Luchtinlaatmeetpunt
[2]
Stop op de luchtinlaat van de rookgasafvoer (met ring)
[3]
Stop op de luchtinlaat van de rookgasadapter
▶ Bij gemonteerde verbrandingskamerbehuizing en maximaal vermo-
gen van het toestel in servicebedrijf
( hoofdstuk 4.3 "Servicebedrijf") de stoppen [2 of 3] voor het
luchtinlaatmeetpunt [1] verwijderen.
▶ Sensor van het meetinstrument in het luchtinlaatmeetpunt [1] plaat-
sen.
▶ Wacht tot de meetwaarden zijn gestabiliseerd en controleer het vol-
gende:
– O
-concentratie is gelijk aan of groter dan 20,6%
2
– CO
-concentratie is lager dan 0,2%
2
▶ Wanneer de meetwaarden buiten deze grenswaarden liggen, duidt
dit op een probleem bij het rookgasafvoersysteem of het verbran-
dingscircuit.
4.9
Na de inbedrijfname
▶ Gasaansluitdruk controleren ( pagina 16).
▶ Vul het inbedrijfnameprotocol in ( pagina 56).
4.10
Instellen zomerbedrijf
In zomerbedrijf is de cv-pomp en daarmee de verwarming uitgeschakeld.
De warmwatervoorziening en de voedingsspanning voor cv-regeling en
schakelklok blijven behouden.
OPMERKING
Bevriezingsgevaar cv-installatie.
In zomerbedrijf bestaat vorstbescherming alleen bij actieve vorstbe-
scherming voor het toestel.
▶ Respecteer bij vorstgevaar de vorstbeschermingsmaatregelen
( hoofdstuk 5.2).
Om het zomerbedrijf te activeren:
▶ Druk de toets ( in.
▶ Druk toets pijl zo vaak in tot in het display
▶ Met de ok-toets opslaan. Na 3 seconden wordt de instelling anders
automatisch opgeslagen.
Het display geeft constant ] aan.
Meer instructies vindt u in de gebruiksinstructie van de verwarmingsre-
gelaar.
1200 HRC – 6721861777 (2023/08)
2
3
0010015568-001
verschijnt.
4.11
Handbediening
Wanneer er technische problemen zijn met de tijd- en temperatuurinstel-
lingen, kan de handbediening worden geactiveerd. Zo kan het cv-toestel
onafhankelijk van de instellingen worden gebruikt.
Om de handbediening te activeren:
▶ Houd toets
gedurende 5 seconden ingedrukt.
▶ Getoonde aanvoertemperatuur controleren en indien nodig aanpassen.
De aanvoertemperatuur wordt tussen twee strepen weergegeven. Dit
is een indicatie, dat de handbediening actief is.
▶ Cv-toestel alleen gedurende een beperkte tijd in handbediening ge-
bruiken, tot de technische problemen zijn opgelost.
Om de handbediening uit te schakelen:
▶ Houd toets
gedurende 5 seconden ingedrukt.
5
Buitenbedrijfstelling
5.1
Uitschakelen/stand-bybedrijf
Het toestel heeft een pomptestprogramma die het vastlopen van de cv-
pomp en de 3-wegklep na een langere bedrijfsstilstand voorkomt.
In stand-bybedrijf blijft het pomptestprogramma actief.
▶ Toestel met de toets K uitschakelen.
Het display toont alleen de symbolen ] en [.
▶ Wanneer het toetstel langere tijd buiten bedrijf wordt gesteld: vorst-
bescherming aanhouden ( hoofdstuk 5.2).
5.2
Vorstbeveiliging instellen
OPMERKING
Schade aan de installatie door vorst!
De cv-installatie kan na langere tijd bevriezen (bijvoorbeeld in geval van
stroomuitval, uitschakelen van de voedingsspanning, foutieve brand-
stofvoorziening, toestelstoring, enzovoort).
▶ Zorg ervoor dat de cv-installatie steeds in gebruik is (met name bij
vorstgevaar).
Vorstbescherming voor de cv-installatie:
Vorstbescherming voor de cv-installatie is alleen dan gewaarborgd, wan-
neer de cv-pomp in gebruik is en dus de gehele cv-installatie wordt door-
stroomd.
▶ Verwarming ingeschakeld laten.
▶ Maximale aanvoertemperatuur op minimaal 30 °C instellen.
-of- Wanneer het toestel uitgeschakeld wilt laten:
▶ Antivries in het cv-water mengen en drinkwatercircuit aftappen.
Meer instructies vindt u in de gebruiksinstructie van de verwarmingsre-
gelaar.
Vorstbeveiliging voor toestel (bij aangesloten buitentemperatuur-
sensor)
De functie vorstbescherming voor toestel schakelt brander en cv-pomp
in, wanneer de buitentemperatuur tot onder 5 °C afneemt. Daardoor
wordt bevriezen van het verwarmingstoestel voorkomen.
▶ Servicefunctie 4-b5 activeren of toestel in stand-bybedrijf zetten
( hoofdstuk 5.1).
Buitenbedrijfstelling
11