Inhoudsopgave
Advertenties
Clarius Ultrasound Scanner
Latex
Clarius Ultrasound Scanners bevatten geen natuurlijk rubberlatex.
De aanbevelingen van de FDA omtrent bewustwording met betrekking tot latex zijn als volgt:
• Bij het afnemen van de anamnese bij patiënten dienen ook vragen over overgevoeligheid voor
latex te worden gesteld. Deze aanbeveling is met name van belang voor patiënten die chirurgie
en radiologie moeten ondergaan, voor patiënten met spina bifida en voor personeel binnen de
gezondheidszorg. Vragen omtrent jeuk, uitslag of hijgen na het dragen van latexhandschoenen
of het opblazen van een ballon kunnen nuttig zijn. Voor patiënten met een positieve
geschiedenis moet een aantekening in het dossier worden gemaakt.
• Als het vermoeden van overgevoeligheid voor latex bestaat, overweeg dan over de
latexhandschoen een handschoen te dragen die geen latex bevat, als de patiënt
overgevoelig is. Als zowel de medische professional als de patiënt allebei overgevoelig zijn,
kan een medium latexhandschoen worden gebruikt. (Latexhandschoenen met het etiket
'hypoallergeen' zijn niet altijd voldoende om ongewenste bijwerkingen te voorkomen.)
• Als latex in contact komt met slijmvliezen, dient u altijd alert te zijn op de mogelijkheid van
een allergische reactie.
• Als een allergische reactie optreedt en het vermoeden bestaat dat latex de aanleiding is,
dient u de patiënt te adviseren dat hij/zij mogelijk overgevoelig is voor latex en moet een
immunologische evaluatie worden overwogen.
• Adviseer de patiënt om medisch personeel en personeel van de nooddiensten te
informeren over een bekende overgevoeligheid voor latex voordat hij/zij een medische
ingreep ondergaat. Overweeg om een patiënt met ernstige overgevoeligheid voor latex te
adviseren een medische identificatie-armband te dragen.
Bio-effecten
Thermisch
Thermische bio-effecten hebben betrekking op de warmte die wordt gegenereerd wanneer de
ultrageluidsenergie wordt geabsorbeerd; de hoeveelheid geproduceerde warmte is afhankelijk
van de intensiteit van het ultrageluid, van de blootstellingstijd en van de absorptiekenmerken
van het weefsel.
Weefsel absorbeert ultrageluidsenergie in verschillende mate, afhankelijk van de absorptiekenmer-
ken van het weefsel. Absorptiekenmerken worden gekwantificeerd door de absorptiecoëfficiënt:
• Vloeistoffen: De absorptiecoëfficiënt is vrijwel nul. Vloeistoffen zoals vruchtwater, bloed en
urine absorberen erg weinig ultrasone energie. Dit houdt in dat het ultrageluid door de
vloeistof gaat en erg weinig afneemt. En er is weinig temperatuurverhoging in de vloeistof.
• Bot: De absorptiecoëfficiënt van bot is zeer hoog. Dicht bot absorbeert de energie zeer
snel en zorgt ervoor dat de temperatuur snel stijgt. Volwassen bot absorbeert vrijwel alle
akoestische energie die er tegenaan botst. De absorptiecoëfficiënten van foetaal bot
variëren enorm, afhankelijk van de mate van ossificatie.
• Zacht weefsel: Zacht weefsel verschilt in dichtheid afhankelijk van het orgaan, maar de
dichtheid verschilt niet veel binnen hetzelfde orgaan. We noemen het zacht weefsel om het te
onderscheiden van hard weefsel zoals bot. Tevens is de weefseldichtheid binnen een specifiek
Software Version 3.1.0
Veiligheidsonderwerpen
101
Advertenties
Inhoudsopgave
