5.2 Elektrische aansluiting
GEVAAR!
Ondeskundige installatie van het apparaat kan verwondingen veroorzaken!
Vergelijk de installatiegegevens van het lokale stroomnetwerk met de
technische gegevens van het apparaat (zie typeschild).
Het apparaat alleen aansluiten als bovenstaande gegevens overeenkomen!
Het apparaat mag uitsluitend aangesloten worden op correct geïnstalleerde,
enkelvoudige geaarde stopcontacten.
Haal de voedingskabel nooit uit het stopcontact door aan de kabel te trekken
maar pak altijd de stekker beet.
•
Let erop dat de voedingskabel niet in contact komt met warmtebronnen en scherpe
randen. Laat de voedingskabel niet van de tafel of het aanrecht naar beneden hangen.
Zorg ervoor dat niemand op de kabel kan stappen of erover kan struikelen.
•
De voedingskabel niet knikken, pletten of knopen en altijd volledig uitrollen.
•
Plaats het apparaat of andere voorwerpen nooit op de voedingskabel.
•
De kabel niet onder tapijt of andere warmte-isolatie leggen. De kabel niet afdekken.
De kabel weghouden van het werkvlak en niet in water onderdompelen.
•
De stroomkring van het stopcontact moet met minimaal 16A beveiligd zijn. Verbind
het apparaat uitsluitend rechtstreeks met het wandstopcontact. Gebruik van
verlengsnoeren en verdeelstekkers is verboden.
6. Bediening
6.1 Werking van inductiekookplaten
Bij inductiekokers wordt een geleiderspoel onder de glaskeramiek onder spanning
gezet. Hierbij ontstaan magneetvelden, die door een natuurkundig effect direct de
bodem van de pan verwarmen.
Dit betekent tijd- en energiebesparing, omdat niet, zoals bij gebruikelijke kookvelden,
eerst het verwarmingselement en de glaskeramiek wordt verwarmd.
Een ander voordeel vormen - op grond van de boven beschreven technische
eigenschappen - de zeer korte aankooktijden.
Verder volgt de warmtetoevoer snel elke verandering van de instelling en laat zich fijn
gegradeerd regelen. De inductiekoker reageert bij veranderingen van de instellingen
vergelijkbaar snel met een gasfornuis, omdat de energie de pan meteen bereikt, zonder
dat eerst andere materialen verwarmd moeten worden.
De inductietechniek verbindt deze reactiesnelheid met het principiële voordeel van de
stroom, om de warmtetoevoer nauwkeurig te kunnen doseren.
- 120 -
Gevaar voor elektrische schokken!