Gebruikershandleiding GA-1 alarm unit
Kabelverbinding:
Figuur 4. Kabellas
Het verbinden van de sensorkabel in de kabelverbinding wordt eveneens aangegeven in figuur 3.
Kabelafschermingen en mogelijke overbodige aders dienen in hetzelfde punt in het gegalvaniseerd contact
aangesloten te worden.
Let op : voor maximale kabellengte tussen sensor en GA-1 zie hoofdstuk 11 (technische informatie).
IP waardering van de kabelverbinding is IP68. Zorg dat deze goed waterdicht is afgesloten.
Indien de kabel verlengd moet worden en er is sprake van een equipotentiale aarde, dient dit gedaan te worden
met de kabelverbinder SK-3-2500. De bekabeling tussen de GA-1 controle unit en de kabelverbinder dient
gedaan te worden met een " shielded twisted pair" instrument kabel.
Afbeelding 5. Bijv. kabel installatie
6
Werking en instellingen
Testen van de werking
wijzigingen voorbehouden – alle rechten voorbehouden
ESEP Milieutechniek B.V. | NL: postbus 10069
| BE:
De GA-1 controle unit alarmapparatuur is afgesteld door de fabrikant. Na
het installeren moet de werking van de apparatuur altijd worden
gecontroleerd, dit dient ook te gebeuren na het ledigen van de olie- of
vetafscheider of minimaal 1 keer per 6 maanden.
Vet alarm (GA-SG1 sensor)
1. Dompel de sensor onder in water. Het apparaat moet nu in normale
bedrijfsstand staan.
2. Trek de sensor omhoog in lucht of vet. Er moet nu een vetalarm
worden gegenereerd. (zie hoofdstuk 3.1 voor meer informatie).
3. Dompel de sensor weer onder in het water . na een tijdsvertraging van
ongeveer 5 seconden moet het alarm signaal zijn opgeheven. De
sensor moet eventueel worden schoongemaakt voordat deze wordt
teruggeplaatst in de vetafscheider.
Hoofdstuk "Werking" geeft een meer gedetailleerde beschrijving van de
werking. Als de werking niet overeenkomt met deze beschrijving, kunt u
6000 GB Weert
postbus 7
3945 Ham
Afbeelding 6. Installatie benodigdheden
T: +31 495 543 430
T: +32 11 241 649
8 van 12
F: +31 495 532 135
info@esep.nl
F: +32 11 2426 30
www.esep.nl