9
|
Elektrische installatie
Uitgebreide handleiding voor de installateur
90
WAARSCHUWING
De back-upverwarming MOET een speciale voeding hebben en MOET beschermd
worden door de beveiligingsinrichtingen vereist door de geldende wetgeving.
Afhankelijk van de configuratie (bedrading op X14M en de instellingen in [9.3]
Back-upverwarming) kan de capaciteit van de back-upverwarming variëren.
Controleer in de tabel hieronder of de voeding overeenstemt met de capaciteit van
de back-upverwarming.
Type back-
Capaciteit
upverwarming
upverwarmin
*6W
(a)
Deze apparatuur voldoet aan de norm EN/IEC 61000‑3‑11 (Europese/internationale
technische norm die de grenzen vastlegt inzake spanningsveranderingen,
spanningsschommelingen en flikkeringen in openbare laagspanningssystemen voor
apparatuur met een nominale stroom ≤75 A), op voorwaarde dat de systeemimpedantie
Z
kleiner dan of gelijk is aan Z
sys
en het openbare systeem. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de installateur of
gebruiker van de apparatuur om ervoor te zorgen, indien nodig in overleg met de
distributienetwerkbeheerder, dat de apparatuur alleen wordt aangesloten op een voeding
met een systeemimpedantie Z
(b)
De elektrische apparatuur voldoet een de norm EN/IEC 61000-3-12 (Europese/
internationale technische norm die de grenzen vastlegt inzake harmonische stromen
geproduceerd door apparatuur aangesloten op openbare laagspanningssystemen met een
ingangsstroom >16 A en ≤75 A per fase).
1 Sluit de voeding van de back-upverwarming aan. Voor F1B wordt een 4-polige
zekering gebruikt.
2 Indien nodig, wijzig de aansluiting op aansluitingspunt X14M.
Capaciteit –
Elektrische voeding
3 kW 1N~ 230 V
6 kW 1N~ 230 V
Voeding
back-
g
3 kW
1N~ 230 V
6 kW
1N~ 230 V
6 kW
3N~ 400 V
9 kW
3N~ 400 V
op het interfacepunt tussen de voeding van de gebruiker
max
kleiner dan of gelijk aan Z
sys
F1B
F1B
L
L
N
N
Q3DI
L
N
1N~ , 50 Hz
230 V AC
Maximale
Z
max
stroomsterkte
13 A
—
(a)(b)
26 A
—
8,6 A
—
13 A
—
.
max
X14M
X14M
1 2 3 4 5 6
EWAA011~016DA + EWYA009~016DA
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen
en compacte lucht-water warmtepompen
4P620242-1 – 2020.06
(Ω)