12
|
Inbedrijfstelling
Uitgebreide handleiding voor de installateur
200
INFORMATIE
▪
Om te ontluchten, gebruik alle ontluchtingsventielen die in het systeem aanwezig
zijn. Dit betekent: ook het handmatig ontluchtingsventiel van de buitenunit en
alle ontluchtingsventielen die ter plaatse werden voorzien.
▪
Indien het systeem een externe back-upverwarmingskit bevat, gebruik tevens het
ontluchtingsventiel van de back-upverwarming.
▪
Indien het systeem klepkit EKMBHBP1 bevat, moet u – tijdens het ontluchten –
handmatig aan deze knop draaien om de stand van de 3‑wegsklep van de klepkit
te wijzigen om te beletten dat er lucht in de by-pass zou blijven. Voor meer
informatie, zie
INFORMATIE
Begin eerst handmatig te ontluchten. Wanneer haast alle lucht is verwijderd,
ontlucht dan automatisch. Indien nodig, herhaal het automatisch ontluchten tot
wanneer u zeker bent dat alle lucht uit het systeem werd verwijderd. Tijdens de
ontluchtingsfunctie is beperking [9‑0D] van de pompsnelheid NIET van toepassing.
De ontluchtingsfunctie stopt automatisch na 30 minuten.
INFORMATIE
Voor het beste resultaat ontlucht u elke lus afzonderlijk.
Handmatig ontluchten
Voorwaarden: Zorg ervoor dat de werking volledig is uitgeschakeld. Ga naar [C] In
werking en schakel de werking Kamer en Ruimteverwarming/-koeling uit.
1 Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur. Zie
"Het gebruikertoegangsniveau
2 Ga naar [A.3]: Inbedrijfstelling > Ontluchting.
3 Stel in het menu Type = Handmatig.
4 Selecteer Ontluchting starten.
5 Selecteer OK om te bevestigen.
Resultaat: Het ontluchten begint. Het stopt automatisch
wanneer klaar.
6 Tijdens de handmatige bediening kunt u de pompsnelheid
wijzigen. Om deze te wijzigen:
1 Open het menu en ga naar [A.3.1.5] Instellingen.
2 Scroll naar Pompsnelheid en stel in op Laag/Hoog.
7 Om het ontluchten handmatig te stoppen:
1 Open het menu en ga naar Ontluchting stoppen.
2 Selecteer OK om te bevestigen.
Automatisch ontluchten
Voorwaarden: Zorg ervoor dat de werking volledig is uitgeschakeld. Ga naar [C] In
werking en schakel de werking Kamer en Ruimteverwarming/-koeling uit.
1 Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur. Zie
"Het gebruikertoegangsniveau
"Externe
back-upverwarmingskit" [
4
wijzigen" [
111].
4
wijzigen" [
111].
4
89].
—
—
—
—
EWAA011~016DA + EWYA009~016DA
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen
en compacte lucht-water warmtepompen
4P620242-1 – 2020.06