Inhoudsopgave
Advertenties
6. Probleemoplossing
Nr
Malfunctie
Statusindicatielampje
knippert BLAUW terwijl
1
de Robot aan het glas is
bevestigd.
2
Statusindicatielampje
knippert ROOD.
3
Robot beweegt tijdens
het schoonmaken in
4
een onregelmatig
patroon.
Afstandsbediening
5
werkt niet.
Mogelijke oorzaken
Reinigingskussens zijn niet
geïnstalleerd zoals het
hoort.
Randdetectiesensoren
hebben een probleem.
Er is te veel vuil en rommel
op het raam.
Onderbreking van
elektriciteit terwijl de Robot
aan het schoonmaken was
vanwege een stroomstoring,
verplaatsing van de stekker
of losse verbinding met de
stroomadapter.
Robot is over een
probleemgebied getrokken
en verliest zuigkracht.
Randdetectiesensoren
hebben een probleem.
Er is te veel vuil en rommel
op het raam.
Zolang de Robot zich in de
reinigingsmodus bevindt,
werkt alleen de
START/PAUZE-knop.
Afstandsbediening kon niet
aan de Robot gekoppeld
worden.
Oplossingen
Verwijder het reinigingskussen en bevestig het stevig op het
klittenband.
Controleer of de randdetectiesensoren vastzitten door het
reinigingskussen of vuil.
Reinig het venster met de hand om een schoon gebied te
hebben waar de Robot aan bevestigd kan worden.
A. Sluit de Robot aan op de stroomadapter en steek de
stekker in het stopcontact. Druk op de START/PAUZE-knop op
de Robot of op de afstandsbediening. De Robot zal het
reinigen hervatten.
B. Indien de stroom uitvalt en de bovenstaande oplossing
niet werkt, gebruik dan de richtingsstick op de
afstandsbediening om de Robot naar een positie op het raam
te brengen waar u hem veilig kunt bereiken, de ventilator
kunt uitzetten en hem van het raam verwijderen. Indien de
stroom is hervat, plaatst u de Robot opnieuw op het venster
en start u hem opnieuw op.
LET OP: * Het is riskant om de richtingsstick te gebruiken.
Zorg ervoor dat u in de buurt van de Robot bent.
Gebruik de richtingsstick op de afstandsbediening om de
Robot naar een veilige positie te brengen.
LET OP: * Het is riskant om de richtingsstick te gebruiken.
Zorg ervoor dat u in de buurt van de Robot bent.
Controleer of de randdetectiesensoren vastzitten en
verwijder alle vuil. Indien dit nog steeds niet werkt, neem
dan contact op met de klantenservice.
A. Reinig de wielen zoals beschreven in sectie 4.
B. Vervang het reinigingskussen en hervat de
reinigingscyclus.
Druk op de START/PAUZE-knop om het reinigen eerst te
stoppen en druk vervolgens op de andere knoppen om de
Robot te besturen.
13
Advertenties
Inhoudsopgave
