VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN
Enveloppen laden
Enveloppen moeten in één lijn met de linkerkant in de
hieronder aangegeven stand in de doorvoerlade worden
geladen.
U kunt alleen op de voorzijde van de enveloppen
afdrukken of kopiëren. Zorg dat de voorzijde omlaag
gericht is.
Vouw de klep en maak een scherpe vouw.
Bij het afdrukken op de voorzijde
Zorg dat de voorzijde omlaag gericht is.
Ontgrendelingshendels van de fuseereenheid (Enveloppen laden)
In sommige gevallen kan er schade aan de enveloppen of vuile vegen voorkomen als enveloppen binnen de
specificaties worden gebruikt. Dit probleem kan worden opgelost door de ontgrendelingshendels van de fuseereenheid
van hun "normale drukpositie" naar de "onderste drukpositie" te verschuiven. Volg de procedure op deze pagina.
• Verplaats de ontgrendelingshendels van de fuseereenheid (twee) naar de onderste drukpositie zoals is getoond.
• Breng de hendel terug naar de normale positie wanneer het invoeren van de enveloppen voltooid is.
A
• Voorafgaand aan het afdrukken van enveloppen wordt het aanbevolen een testdruk te maken.
• Stel het papiertype in bij het laden van enveloppen in de doorvoerlade.
DE INSTELLING VAN DE PAPIERLADE WIJZIGEN (pagina 23)
►
22
Bij het plaatsen van DL
• Zorg dat de klep zich aan de rechterzijde bevindt.
• Wanneer u een envelop gebruikt, moet u de
afbeelding indien nodig 180 graden roteren. Zie de
"Gebruikershandleiding" voor meer informatie.
A
B
Klep
Open de klep van de envelop.
Adres afdrukken
Zorg dat de voorzijde omlaag gericht is.
Normale positie
Onderste drukpositie
B