Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Opnamemodus; Afstandsinstelling (Scherpstellen); Autofocus - Leica CL Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor CL:
Inhoudsopgave

Advertenties

OPNAMEMODUS

NL
AFSTANDSINSTELLING
Met de Leica CL kan het scherpstellen zowel automatisch als hand-
matig gebeuren. Voor de automatische instelling zijn er twee auto-
focus-modi:
(single Autofocus)/
AFs

AUTOFOCUS

In het
(eerste pagina),
Main Menu
In het submenu
Focusing
In het submenu
Focus Mode
• De geselecteerde functie wordt weergegeven op het LCD-
scherm.
De
-modus moet gebruikt worden, als u objecten wilt opnemen
AFs
die helemaal niet of slechts weinig bewegen. Men focust door een
lichte druk op de ontspanner (eerste drukpunt) op het bereik dat
scherp moet worden gesteld. Als het object zich tussen het eerste
drukpunt en de opname heeft bewogen, ligt de scherpte waar-
schijnlijk niet meer in het gewenste bereik.
De
-modus daarentegen moet worden gebruikt, wanneer men
AFc
bewegende objecten wenst op te nemen. Hier wordt eveneens op
een gewenst bereik scherpgesteld via een eerste drukpunt van de
ontspanner. Terwijl deze tot het eerste drukpunt wordt vastge-
houden, stelt de camera het vooraf scherpgestelde bereik tot aan
de opname permanent scherp.
De succesvolle AF-instelling wordt als volgt weergegeven:
– De rechthoek wordt groen
– Met de multi-veld-meting verschijnen maximaal 49 recht-
hoeken
– Een akoestisch signaal wordt gegenereerd (indien geacti-
veerd).
38
(Scherpstellen)
(continue Autofocus).
AFc
kiezen
Focusing
,
kiezen
Focus Mode
de gewenste instelling selecteren
Aanwijzingen
• Ook als u de sluiter half ingedrukt houdt, is het in de autofo-
cus-modus altijd mogelijk de automatisch ingestelde afstand met
de afstandsinstelring van het objectief handmatig aan te passen.
• De ingestelde scherpte wordt samen met de belichtingsinstelling
opgeslagen.
• In bepaalde situaties kan het AF-systeem de afstand niet correct
instellen, bijv.:
– de afstand tot het onderwerp ligt buiten het beschikbare
instelbereik van het objectief op de camera en / of
– is onvoldoende verlicht (zie volgende sectie).
Dergelijke situaties en onderwerpen worden aangeduid met:
– De rechthoek wordt rood
– Met de multi-veld-meting: de indicatie verandert in een enkele
rode rechthoek
• Bij het gebruik van Leica M-, respectievelijk R-objectieven door
middel van de als accessoire verkrijgbare Leica M-, respectieve-
lijk R-adapter L is uitsluitend handmatige scherpstelling mogelijk.
Belangrijk
De ontspanner is niet vergrendeld, ongeacht of de scherpstelling
voor het betreffende onderwerp correct is of niet.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave