Service en onderhoud
8.1 Algemene onderhoudswerkzaamheden
Maatregel
Oliepeilsensor controleren.
Oliekwaliteit controleren.
Eerste keer olie verversen na
inbedrijfstelling
Olie verversen.
Transmissie op controleren op
lekkage.
Vervang eventueel de
ontluchting van de transmissie.
Transmissie reinigen.
De transmissiemotor compleet
nakijken.
Slipkoppeling controleren,
indien nodig bijstellen.
Koppeling controleren.
Controleer of de
bevestigingsbouten van
transmissies en opgezette
elementen goed vast zitten.
Controleer of afdekkingen en
sluitdoppen goed bevestigd zijn.
Walslagervet vervangen.
Lagers vervangen.
Controleer de rubberbuffers van
draaimomentsteun.
1)
62
Bij synthetische oliën kunnen de tijden worden verdubbeld. De gegevens gelden voor een
olietemperatuur van +80 °C. De intervallen voor het verversen van de olie bij een afwijkende
temperatuur vindt u in de grafiek "Richtlijnen voor het verversen van de olie".
Tijdsinterval
Regelmatig en na het verversen
van de olie.
Elke 6 maanden.
Na ca. 10 000 bedrijfsuren,
uiterlijk na 2 jaar.
Eens per 2 jaar of
10 000 bedrijfsuren
1).
Na de eerste dag, daarna
maandelijks.
Eenmaal per jaar.
Afhankelijk van de vervuiling,
minimaal elke 6 maanden.
Elke 12 maanden.
Na 500 uur, daarna jaarlijks en
na elke blokkering.
Voor het eerst na 3 maanden.
Na 3 uur, daarna elke 2 jaar.
Tegelijk met olie verversen.
-
Elke 6 maanden.
Beschrijving van de
werkzaamheden
Oliepeilsensor controleren
(optioneel) (Pagina 77)
Oliekwaliteit controleren
(Pagina 66)
Smeerstoffen controleren en
vervangen (Pagina 63)
Transmissie op dichtheid
controleren (Pagina 76)
Ontluchtingsventiel vervangen
(Pagina 76)
Transmissie reinigen
(Pagina 77)
Transmissie nakijken
(Pagina 78)
Neem de bedieningshandleiding
BA 2039 in acht.
Neem de aparte
bedieningshandleiding in acht.
Controleren of
bevestigingsbouten goed
vastzitten (Pagina 78)
Walslagervet vervangen
(Pagina 71)
Lagers vervangen (Pagina 75)
Draaimomentsteun bij
opsteektransmissies
(Pagina 50)
Bedieningshandleiding, 04/2014
BA 2030