5.
Selecteer een van de volgende opties:
•
Als u het document uit het geheugen wilt verwijderen nadat het is afgedrukt, drukt u bij
Verwijderen na afdrukken op OK.
•
Als u het document wilt afdrukken en het in het geheugen van de printer wilt bewaren, gaat u
met de Pijl omlaag naar Afdrukken en opslaan en drukt u op OK.
Opmerking:
Alle afdruktaken die in het RAM-geheugen zijn opgeslagen worden gewist wanneer de
printer wordt uitgeschakeld of wanneer de stroomtoevoer wordt onderbroken. Als u een document
wilt verwijderen zonder het af te drukken, gaat u met de Pijl omlaag naar Verwijderen en drukt u
op OK.
Stel het aantal af te drukken exemplaren in met de Pijl omhoog en de Pijl omlaag en druk
6.
vervolgens op OK om te beginnen met afdrukken.
Zie ook:
Een beveiligde afdruktaak instellen
Een afdruktaak in het geheugen opslaan
Als u documenten in het RAM van de printer wilt opslaan, moet het productiviteitspakket op uw printer
zijn geïnstalleerd en moet de RAM-disk zijn ingeschakeld. Met deze functie kunt u een veelgebruikte
afdruktaak in het RAM van de printer opslaan, om de taak later af te drukken. De afdruktaak blijft in
het geheugen totdat het wordt verwijderd of totdat de printer wordt uitgeschakeld.
Een opgeslagen afdruktaak maken:
1.
Open in de toepassing van waaruit u gaat afdrukken het dialoogvenster Afdrukken.
Selecteer uw Phaser 6500 printerstuurprogramma (PCL of PostScript en klik vervolgens op de
2.
knop Eigenschappen.
3.
Ga naar het tabblad Papier/Aflevering van het dialoogvenster Eigenschappen van het
printerstuurprogramma en doe het volgende:
a.
Selecteer in de lijst Taaktype de optie Beveiligde afdruk. De knop Instelling of Instellen
wordt beschikbaar.
b.
Klik op de knop Instelling of Instellen.
c.
Typ in het veld Gebruikersnaam van het dialoogvenster Beveiligde afdruk de gebruikersnaam
die u aan deze afdruktaak wilt koppelen (maximaal 8 tekens).
d.
U kunt een numeriek wachtwoord invoeren in het veld Wachtwoord of het veld Wachtwoord
leeglaten om deze taak beschikbaar te maken voor iedereen.
Ga naar het veld Vraag documentnaam op en selecteer Voer documentnaam in. In het veld
e.
Documentnaam typt u de naam van het document zoals het op het bedieningspaneel van de
printer moet verschijnen (maximaal 12 tekens).
Klik op OK.
f.
op pagina 89
Phaser 6500 kleurenlaserprinter
gebruikershandleiding
Afdrukken
91