12. Eerste opstart
Wanneer de warmtepomp wordt geleverd, is de compressor geblokkeerd zodat
hij niet onbedoeld kan starten. De warmtepomp kan worden geïnstalleerd en
gestart voordat het captatiecircuit in werking wordt gesteld.
De warmtepomp kan ook zonder binnenvoeler worden gestart. De ingestelde
curve zal dan de verwarming regelen. De sensor kan echter altijd worden
geplaatst voor de alarm-LED-functie.
Voor de eerste start
1.
Controleer of de verwarmingsketel en het -systeem vol water zitten
en zijn ontlucht.
2.
Controleer of het captatiesysteem gevuld is met water en antivries en
dat het is ontlucht, of zorg ervoor dat de compressor is geblokkeerd.
3.
Controleer of alle aansluitingen niet lekken.
4.
Controleer of alle voelers correct zijn aangesloten op de voeding.
5.
Controleer of de aansluitingen achter de isolatiekap dicht zijn.
Verwijder beide isolatiekappen door deze zorgvuldig op de
aangegeven punten naar buiten te trekken.
6.
De thermostaat van de back-upverwarming staat vanuit de fabriek op
UIT. Aanbevolen modus is
De thermostaat voor de back-upverwarming zit in het elektrische
schakelbord achter het voorpaneel. De thermostaat staat op de
positie UIT wanneer deze zo ver mogelijk linksom worden gedraaid
(de gleuf voor de schroevendraaier moet verticaal zijn).
Controleer aan het eind van de installatie de aansluitingen van alle
stroomsensors. In deze situatie is het belangrijk dat u alle grote
stroomverbruikers in het huis uitschakelt. Zorg er ook voor dat de back-
upthermostaat is uitgeschakeld.
LET OP! Het product heeft een automatische ontluchtingssequentie
voor het SWW-systeem, dat op de achtergrond loopt. De sequentie duurt
ongeveer 15 minuten en heeft geen invloed op andere functies.
= instelling vorstbescherming, ca. +7°C.
1 2
Controleer de aansluitingen.
Symbool voor thermostaat back-
upverwarming:
71