18
STARTEN MET EEN KOUDE MOTOR
WAARSCHUWING
Het aanbouwdeel mag tijdens stationair draaien niet bewegen, dit kan
ernstig persoonlijk letsel veroorzaken.
1.
Stopschakelaar
Zet de stopschakelaar (A) voorwaarts, van de STOP-stand af.
2.
Choke
Zet de choke (B) in de "Koude start" (
3.
Opvoerpomp
Pomp de opvoerpomp (C) totdat de brandstof zichtbaar is en vrij de
heldere brandstofretourleiding in stroomt. Pomp de opvoerpomp nog
4 of 5 keer.
WAARSCHUWING
Inspecteer het startpunt voor gevaren zoals stenen, glas, afval, enz.
waarmee het snijdeel bij de start in contact kan komen. Zorg dat
helpers en omstanders minimaal 15 m uit de buurt van het startpunt
blijven, anders kan ernstig persoonlijk letsel het gevolg zijn.
4.
Trekstarter
Leg het apparaat op een vlak, vrij terrein en houd beweegbare
aanbouwdelen uit de buurt van alle obstakels. Neem de handgreep van
de smoorklep met de linkerhand stevig vast. Druk de handgastrekker
niet in. Trek snel aan het handvat/koord (D) van de trekstarter tot de
motor aanslaat (of maximaal vijf [5] keer trekken).
5.
Choke
Als de motor is aangeslagen (of na vijf [5] keer trekken) zet u de
chokehendel weer terug in de "Draaien" (
handvat/koord van de trekstarter totdat de motor start en draait. Laat
de motor enkele minuten stationair draaien om warm te worden.
OPMERKING
Herhaal de instructies 2 - 5 als de motor na 5 keer trekken niet start met
de choke in de stand "Draaien".
6.
Nadat de motor is opgewarmd duwt u langzaam de handgastrekker in
om het motortoerental te versnellen tot bedrijfstoerental.
) stand.
) stand. Trek aan het
A
B
C
D
D