4.3. Geoorloofd toerentalbereik
Breuk van het gereedschap door
overbelasting.
Snij-, kneuzing- of levensgevaar
door wegvliegende onderdelen.
Sommige spanmiddelen mogen al-
leen in één draairichting gebruikt
worden. Controleer de evt.
voorgegeven draairichting van het
spanmiddel met die van het ge-
reedschap alsook met de
ingestelde draairichting van de
machine.
Bij kolfgereedschap en gereed-
schappen met asgat op bijv.
bussen:
Controleer het maximaal toe-
gestane toerental van het span-
middel met die van de gebruikte
gereedschappen. De resp. kleinste
waarde is het maximaal toegestane
toerental van de betreffende
combinatie. Het laagste maximale
toerental van alle betrokken span-
middelen en gereedschappen niet
overschrijden.
Bij gereedschappen met asgat op
bijv. CNC-opspanassen:
Gereedschappen met asgat op
CNC-opspanassen met bijv. HSK-
of SK opname, mogen niet zonder
controle op bedrijfszekerheid
ingezet worden.
Voor elke combinatie moet het
toerental apart gecontroleerd
worden. Of een betreffende
combinatie berekend is kan van de
klanttekening afgelezen worden.
Indien voor een specifieke
combinatie geen klanttekening
aanwezig is moet deze combinatie
op bedrijfszekerheid gecontroleerd
worden.
Bij MAN-aanvoer bestaat gevaar
voor snij-, kneuzing- of levensge-
vaar bij het onderschrijden van het
toegestane toerentalbereik door
werkstukterugslag.
Bij MAN-aanvoer het toegestane
toerentalbereik niet onderschrijden.
4.3.1. Aanduiding van boor‑ en
zetgereedschappen.
A: merknaam/producent
B: artikelnummer/freesnummer
C: dimensie [mm] en aanduiding MAN/MEC
D: maximaal toerental of toegestaan
toerentalgebied [1/min] bijv. n max. 10100
Het opschrift bevindt zich op het gereedschap
of bij zetgereedschappen op het spanmiddel.
4.4. Opspannen van Kolfgereedschap
Zodat de tijdens de verspaning ontstane
krachten feilloos en zeker overgedragen
worden zijn aan het spanmiddel en zijn
gebruik zijn de hoogste eisen gesteld.
Beschadiging van het gereed-
schap, de snijkanten en messen-
spansystemen alsook het span-
middel door reductie van de span-
kracht.
Snij-, kneuzings- of levensgevaar
door wegvliegende onderdelen.
Defecte klemelemente zoals bijv.
schroeven, spantangen, intrekbou-
ten en spanmoeren moeten
vervangen worden.
11 / 25