13.10 Toepassingsrestricties
De Leica M525 F20 mag alleen op een vaste, vlakke vloer in
gesloten ruimten worden gebruikt. Bij vloeren met een schuinte
groter dan 0,3° moet rekening worden gehouden met drift-
verschijnselen.
De Leica M525 F20 is niet geschikt voor het rijden over drempels
hoger dan 20 mm.
Om de operatiemicroscoop over drempels van 20 mm te rijden,
kan de meegeleverde wig (1) worden gebruikt.
1
Plaats de wig (1) vóór de drempel.
X
X
Rijd de operatiemicroscoop, die in de transportstand moet
X
X
staan, aan de handgreep over de drempel.
Zonder hulpmiddelen kan de Leica M525 F20 alleen over drempels
met een hoogte van maximaal 5 mm worden gereden.
13.11 Elektromagnetische
Omgeving waarvoor apparaat geschikt is
Ziekenhuizen m.u.v. bijna actieve HF-operatieapparatuur en de
RF-afgeschermde kamer van een ME-systeem voor kernspintomo-
grafie, waar de intensiteit van EM-storingen hoog is.
Naleving IEC 60601-1-2
Harmonische
trillingen
Immuniteit
Leica M525 F20/CT20 / Ref. 10 715 156 / Versie 01
compatibiliteit (EMC)
• CISPR 11, klasse A, groep 1
• Harmonische vervorming volgens IEC 61000-3-2
klasse A
• Spanningsschommelingen en flikkeringen
volgens IEC 61000-3-3 klasse A, afbeeldingen 3–7
• Elektrostatische ontlading IEC 61000-4-2:
CD +/–8 kV, AD +/–15 kV
• Uitgestraalde HF-stoorvelden IEC 61000-4-3:
80 – 2700 MHz: 10 V/m
• Nabijheidsvelden IEC 61000-4-3:
380 – 5785 MHz: 9 V/m; 28 V/m
• Snelle elektrische transiënten en
lawines IEC 61000-4-4:
± 2 kV: netleidingen
• Spanningspieken IEC 61000-4-5:
± 1 kV leiding-naar-leiding
± 2 kV leiding-naar-aarde
• Geleide storingen, veroorzaakt door HF-velden
IEC 61000-4-6:
10 V rms
• Magnetisch veld netfrequentie IEC 61000-4-8:
30 A/m
• Spanningsdips en -onderbrekingen IEC 61000-4-11:
volgens IEC 60601-1-2:2014
Technische gegevens
53