Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Een boom omzagen

Een vallende boom kan ernstige schade aanrichten aan voorwerpen die geraakt worden,
zoals auto's, huizen, hekwerken, bovengrondse kabels of andere bomen.
Er zijn manieren om ervoor te zorgen dat een boom terechtkomt waar u dat wenst; plan
daarom eerst de plek waar de boom terecht moet komen!
Maak alvorens met zagen te beginnen, de omgeving van de boom vrij.
U hebt tijdens het zagen voldoende veilige loop- en staruimte nodig; zorg er daarom voor dat
u tijdens het zagen niet door obstakels wordt gehinderd.
Kies vervolgens een vluchtweg.
Wanneer de boom begint te vallen, dient u zich vanuit de richting waarin de boom valt in een
hoek van 45 graden en ten minste 3 meter van de stam terug te trekken om te voorkomen dat
u door de stam geraakt wordt wanneer deze over de boomstronk terugslaat.
Begin met zagen aan de zijde van de richting waarin de boom moet vallen.
Inkeping: 1/3 van de diameter en een hoek van 30
Achterzaagsnede: 2,5 tot 5 cm hoger
Niet-ingezaagd scharnierhout: 1/10 van de diameter
Zaag een inkeping tot circa 1/3 van de dikte van de boomstam.
De positie van deze inkeping is belangrijk aangezien de boom "in" deze inkeping zal proberen
te vallen.
De zaagsnede voor het vellen van de boom wordt aan de zijde tegenover de inkeping
gemaakt.
Maak de zaagsnede voor het vellen van de boom door de getande stootrand 2,5 – 5 cm boven
de onderzijde van de inkeping aan te zetten en stop met zagen op circa 1/10 van de diameter
van de binnenrand van de inkeping, zodat het niet-gezaagde gedeelte van het hout als
scharnierpunt kan fungeren.
1. Zaagsnedes voor inkeping
2. Achterzaagsnede
3. Wiggen (bij voldoende ruimte)
4. Val
A: Laat 1/10 van de diameter scharnieren
Probeer met de zaagsnede voor het vellen van de boom niet tot aan de inkeping door te
zagen.
Het resterende hout tussen de inkeping en de zaagsnede voor het vellen fungeert als
scharnier tijdens het vallen van de boom, waardoor deze in de gewenste richting wordt geleid.
Schakel, zodra de boom begint te vallen, de motor uit, plaats de zaag op de grond en trek u
snel terug.
Een grote boom vellen.
1. Zaagsnedes voor inkeping
2. Doortrekmethode
3. Achterzaagsnede
4. Doortrekmethode
5. Zaagsnedes voor vellen
A: Wiggen
Voor het vellen van dikke bomen met een diameter die tweemaal de lengte van het zaagblad
overschrijdt, dient u met de zaagsneden voor de inkeping aan één zijde te beginnen en de
zaag vervolgens door te trekken tot de andere zijde van de inkeping.
Begin met de achterzaagsnede aan één zijde van de boom, met de getande stootrand in
contact met de stam, en laat de zaag kantelen om het gewenste scharnier aan die zijde te
vormen.
Verwijder de zaag vervolgens voor de tweede zaagsnede.
Breng de zaag uiterst voorzichtig in de eerste zaagsnede om geen terugslag te veroorzaken.
De laatste zaagsnede wordt gemaakt door de zaag in de zaagsnede naar voren te trekken om
zo het scharnier te bereiken.
o
20
o
tot 45

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Cs-420es

Inhoudsopgave