LET OP
Foutbeeld
Toestel werkt niet, ook al
is het ingeschakeld
Tekort aan water
Bij te weinig water brandt de led boven toets 4 (claxon). Bovendien
wordt het tekort aan water via relais 3 gemeld. Hiervoor zijn de
contacten C en NC gekoppeld.
Druk op de toets 4 (claxon) of sluit de contacten van de ingang
"Extern wissen" om het alarm op te heffen.
Nadat het alarm is opgeheven, dooft de led boven toets 4 en het relais 3
slaat weer aan (de contacten C en NO zijn gekoppeld).
Ook zonder opheffing van de alarmmelding verdwijnt het alarm wanneer
het watergebrek wordt verholpen na de volgende analyse.
Meetstoring analyse
Wanneer de berekende indicatorhoeveelheid tussen >0 en 10% ligt,
brandt de rode alarm-led boven toets 4 (claxon). Deze melding wordt
slechts één keer gegeven en kan door een korte druk op toets 4
(claxon) op het toestel of door een contact via "Extern verwijderen"
opgeheven worden.
Als de berekende indicatorhoeveelheid nul is, knipperen zowel de
rode alarm-led als ook de stand-by-led (boven toets 3). Er wordt geen
rekening gehouden met de externe ingangen "Stop" en "Extern
verwijderen". U moet nu de indicatorflacon vervangen (zie hoofdstuk
"Indicatorfles
vervangen" op pagina 37).
Bij een meetstoring als gevolg van indicatorfout knippert de led boven
toets 4 (claxon) en het toestel gaat in stand-by. Beschadigde of
geknikte leidingen kunnen deze fout veroorzaken. Ook een foutief
ingestelde indicatorstand zou kunnen leiden tot een lege indicatorfles.
Andere mogelijke toestelfouten
Mogelijke oorzaken
Zekeringen F1, F2 of F3 defect
Stroomschakelaar defect
Vlakbandkabel op controller
printplaat of op basisprint is
losgekomen
Fout op controller printplaat of
basisprint
Vervangen van een zekering
Probeer nadat een zekering is doorgeslagen eerst de oorzaak hiervan
op te lossen (bijv. vervanging van een defect ventiel) voor u een nieuwe
zekering plaatst of opnieuw inschakeld. Het regelmatig doorslaan van
een zekering wijst op een fout die onder bepaalde omstandigheden ook
het toestel kan beschadigen.
Foutmeldingen/troubleshooting
Oplossing, maatregelen om de
fout te verhelpen
Zekeringen vervangen
Stroomschakelaar vervangen
Vlakbandkabel weer goed be-
vestigen
Controller printplaat of
basisprint vervangen
35