5 Bediening
5.11
Timer
De timer functioneert als een eierklok (1 min. – 9 h 59 min.).
Deze kan altijd en onafhankelijk van alle andere functies worden gebruikt.
Timer instellen
▸ Toestel inschakelen
▸ De toets
aantippen.
– Het symbool
– In het display knippert
▸ Met de toets
verkorten.
– Na het eerste aantippen van de toets
▸ Na het eerste aantippen van de toets
De standaardwaarde
gesteld.
De timerduur kan snel worden gewijzigd door de toets
gedrukt te houden.
Als de instelling niet meer wordt gewijzigd, wordt deze na 5 seconden automa-
tisch overgenomen. Als alternatief wordt de instelling direct overgenomen, als
op het toestel een instelling wordt uitgevoerd.
Timer wijzigen
Als er geen Braadzone in gebruik is, eerst het toestel inschakelen.
▸ De toets
aantippen.
– De resterende timerduur knippert.
▸ Met de toets
Als de instelling niet meer wordt gewijzigd, wordt deze na 5 seconden automa-
tisch overgenomen. Als alternatief wordt de instelling direct overgenomen, als
op het toestel een instelling wordt uitgevoerd.
Timer voortijdig uitschakelen
Als er geen Braadzone in bedrijf is, eerst het toestel inschakelen.
▸ De toets
aantippen.
▸ Tip de toetsen
– In het display knippert
20
brandt.
.
de timerduur verlengen of met de toets
kan in de persoonlijke instelling worden in-
of
de duur van de timer wijzigen.
en
gelijktijdig aan.
.
brandt in het display
brandt in het display
de timerduur
.
.
of
in-