10
Verzorging en onderhoud
10.1
Binnen- en buitenreiniging
Binnenruimte reinigen
Bij de juiste afwasmiddeldosering reinigt de binnenruimte zichzelf. 2 x per jaar moet het
apparaat daarnaast met machinereinigingsmiddel worden gereinigd
▸ Gebruiksaanwijzing van het machinereinigingsmiddel in acht nemen.
▸ Selecteer het programma «Intensief»
temperaturen voor een optimaal reinigingseffect nodig hebben.
Buitenkant reinigen
▸ Gebruik geen schurende of sterk zure reinigingsmiddelen.
▸ Gebruik geen krassende schuursponsjes, staalwol etc. voor het reinigen. Anders raakt
het oppervlak beschadigd.
▸ Verwijder vuil of resten van reinigingsmiddelen onmiddellijk. Gebruik alleen een hand-
afwasmiddel of glasreiniger.
▸ Reinig het oppervlak alleen met een zachte, vochtige doek – bij metalen oppervlakken
in slijprichting.
▸ Reinig het bedieningspaneel met een vochtige doek en droog het daarna na. Gebruik
alleen een handafwasmiddel of glasreiniger.
▸ Reinig de deurpakking en zijkanten periodiek met een zachte, vochtige doek.
10.2
Sproeiarmen reinigen
Bovenste sproeiarm
▸ Trek de bovenste korf helemaal naar buiten.
▸ Draai de bajonetsluiting 1 tegen de klok in los en ver-
wijder hem.
▸ Trek de sproeiarm 2 van de rotatieas en spoel hem
goed uit onder stromend water.
▸ Controleer de sproeikoppen.
Onderste sproeiarm
▸ Pak de sproeiarm 3 in het midden vast en trek hem
met kracht omhoog.
▸ Spoel de sproeiarm goed uit onder stromend water.
▸ Sproeiers 4 controleren.
▸ Zeefsysteem 5 en grove zeef reinigen (zie pagina
42).
10 Verzorging en onderhoud
, omdat machinereinigingsmiddelen hogere
3
1
2
4
5
41