Dialog iQ
5
98
De machine voorbereiden op de behandeling
25. Bag-to-bag priming: Verbind de veneuze patiëntaansluiting met een lege
zak ④ en bevestig de lege zak aan de infuusstang.
26. Afvoerpoort-priming: Verbind een veneuze patiëntaansluiting met de
afvalpoort ⑪ als de machine daarom vraagt.
27. Controleer of alle aansluitingen goed aangedraaid zijn.
28. Controleer of bloedlijnen niet geknikt zijn.
5.8
Heparinisatie voorbereiden
De heparinepomp is geschikt voor bloedlijnsystemen met heparinisatie achter
de bloedpomp in het positieve drukgebied.
5.8.1
Heparinespuit vullen
VOORZICHTIG!
Risico op coagulatie!
Zeer geconcentreerde heparine of grote spuiten vereisen lage leverings-
snelheden. Dit kan leiden tot drukpulsatie in het extracorporale circuit wat op
zijn beurt kan leiden tot afwijkingen of een onnauwkeurige heparinedosering.
•
Zorg dat de heparinespuit en heparinisatie overeenkomen om continue
heparinisatie te garanderen.
1.
De heparinespuit die bestemd is voor het gebruik, vullen met een heparine
zoutoplossingmengsel.
Heparinevolume en -concentratie moeten zo worden gekozen dat de bij
voorkeur volledig gevulde spuit voldoende is voor één behandeling. Daarbij
moet een mogelijk vereiste heparinebolus in aanmerking worden genomen.
Voorbeeld
De berekening hieronder is slechts een voorbeeld en mag niet worden
gebruikt als enige informatiebron voor medische indicatie. De behandelend
arts is verantwoordelijk voor het bepalen van de concentraties en het
injectiespuittype dat moet worden gebruikt voor anticoagulatie!
Voorwaarden
•
Spuitmaat:
•
Gebruikte heparine:
•
Heparinetoediening:
•
Therapieduur:
Aannames
•
Heparinedosis:
•
Heparineconcentratie
in spuit:
IFU 38910426NL / Rev. 1.02.00 / 02.2018
20 ml
5.000 IU/ml (standaard heparine voor medische
toepassing)
10 tot 20 IU/kg/h,
max. 10.000 IU/therapie
4 h
1.000 IU/h (op basis van het gewicht van de
patiënt)
500 IU/ml