Dialog iQ
1
Patiëntnaam
2
Lees gegevens
3
Sla gegevens op de
patiëntkaart
11
4
Verwijder gegevens van
patiëntkaart
250
11.1.1
Werken met patiëntkaart
Patiëntkaart inbrengen
1.
Breng patiëntkaart in de kaartlezer aan de linkerzijde van de monitor met
de pijl die naar de opening wijst. De afdruk met de chip (Afb. 11-2 ) moet
naar de voorkant van de monitor wijzen (gebruikersinterface).
Afb. 11-2 Dialog iQ patiëntkaart
Databeheer
voor de patiëntkaart wordt actief op het
scherm.
1
Afb. 11-3
Datamanagement
op
Setup
2.
Als de patiëntkaart voor de eerste keer wordt ingebracht, moet de
patiëntnaam worden ingevoerd.
De naam kan na het oorspronkelijke opslaan ③ niet worden gewijzigd
om verwarring te voorkomen.
De patiëntkaart moet volledig worden verwijderd ④ als er een nieuwe
naam wordt ingevoerd.
3.
Druk op het naamveld ① .
Toetsenbord gaat open.
IFU 38910426NL / Rev. 1.02.00 / 02.2018
2
3
scherm
Functies
Instellingen
-
4