IN S T A LLA TIE H A N DLE ID IN G
Controleer of het vlambeeld goed is.
Ø
Raadpleeg het schema met foutmeldingen (Bijlage 1: Storingen) als het vlambeeld niet goed is.
8. Onderhoud
Het toestel dient eenmaal per jaar door een vakbekwaam installateur op het gebied van gasverwarming en
elektriciteit te worden gecontroleerd, gereinigd en indien nodig gerepareerd te worden.
•
Sluit de gaskraan voor het starten met de onderhoudswerkzaamheden.
!Let op
•
Maak het toestel spanningsvrij voor het starten met de onderhoudswerkzaamheden.
•
Controleer de gasdichtheid na reparatie.
Een RVS-concentrisch systeem mag onder geen beding (inwendig) gereinigd worden met bijv. een stalen borstel
!Let op
of metalen spons. Dit beschadigt de oxidehuid waardoor er putcorrosie en/of lekkage van het systeem kan
ontstaan.
Ø
Reinig indien nodig de ruit(en).
•
Reinig een ruit alleen wanneer deze op kamertemperatuur is.
!Let op
•
Gebruik het toestel nooit bij een gebroken en/of gescheurde ruit.
!Let op
•
Voorkom het beschadigen van de ruit(en).
•
Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de ruit(en), omdat deze inbranden.
•
Reinig de ruit(en) zoals beschreven in de gebruikershandleiding.
•
Verwijder aanslag regelmatig, omdat deze kan inbranden.
Ø
Inspecteer het verbrandingsgasafvoersysteem.
!Let op
Er dient altijd een eindcontrole uitgevoerd te worden.
Ø
Voer de controle uit zoals beschreven in hoofdstuk 7.3.1.
8.1 Onderdelen
Onderdelen die vervangen moeten worden zijn verkrijgbaar via de DRU service website, de dealer of importeur.
9. Oplevering
Maak bij de oplevering de gebruiker vertrouwd met het toestel en de bediening hiervan. In de
gebruikershandleiding worden alle voor de gebruiker relevante punten stap voor stap uitgelegd, maar dit zal een
aandachtige en persoonlijke instructie nooit overtreffen.
Laat de gebruiker bij storingen/slecht functioneren onmiddellijk de gaskraan sluiten en contact opnemen met een
!Let op
vakbekwaam installateur ter voorkoming van onveilige situaties.
Ø
Instrueer de gebruiker over het toestel, de afstandsbediening en de DRU Fire App.
Ø
Overhandig de gebruiker de handleidingen (alle handleidingen dienen bij het toestel bewaard te blijven).
Ø
Belangrijke punten ten behoeve van de veiligheid om de gebruiker bekend mee te maken:
•
Het openen en sluiten van het bedieningsluik
•
De werking en locatie van de gaskraan
•
De locatie van de 230 Volt aansluiting.
Ø
Informeerde gebruiker over de volgende zaken:
•
Ter voorkoming van scheuren dient een boezem van steenachtige materialen of afgewerkt met stucwerk
vóór ingebruikname minimaal 6 weken te drogen.
•
Het schoonmaken van de ruit(en).
•
Bij een oplevering van een toestel uitgevoerd met een DRU CM-systeem bevat de Installatiehandleiding
hiervan extra informatie.
10. Storingen
Bijlage 1 geeft een overzicht van storingen die kunnen optreden, de mogelijke oorzaak en de oplossing.
19