Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen Z Onnecollectoren - CTC EcoZenith i555 Pro Installatie- En Onderhoudshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor EcoZenith i555 Pro:
Inhoudsopgave

Advertenties

Instellingen    Z onnecollectoren
7.9.7
dT max zon °C
Hier kunt u het temperatuurverschil instellen dat bepaalt
wanneer het laden van zonne-energie wordt gestart.
Type gedefinieerd als "Int. spiraal". Wanneer de
zonnecollectoren een bepaald aantal graden warmer
zijn dan de zonnewarmtespiraal in de EcoZenith, start de
circulatiepomp van de zonnecollector (G30).
Type gedefinieerd als "Warmtewisselaar". Wanneer
de zonnecollectoren een zoveel graden warmer zijn
dan de onderste tank in de EcoZenith, starten de
circulatiepompen van de zonnecollectoren (G30).
Zonne-energie wordt altijd eerst in de onderste tank
geladen. Als er voldoende zonne-energie en temperatuur
aanwezig zijn, worden deze overgedragen aan de
bovenste tank via de warmte-verdeelleidingen.
dT min zon °C
Wanneer het bovengenoemde temperatuurverschil daalt
tot deze ingestelde waarde, stopt de circulatiepomp (G30)
voor de zonnecollectoren en wordt het laden van zonne-
energie naar de onderste tank wordt beëindigd.
Min snelheid pomp %
Instelling voor het minimum toegestane tpm
(percentage) voor de circulatiepomp van de
zonnecollectoren.
Max onderste tank °C
De maximaal toegestane temperatuur in de onderste
tank. Opladen van de onderste tank stopt zodra de
ingestelde temperatuur is bereikt.
Max bodemmedium °C
Instelling voor maximaal toegestane
captatietemperatuur. In dit menu wordt getoond als de
functie "Boring herladen" is geselecteerd in het menu
"Installateur/Definieer/Zonnecollectoren". Het opladen
met zonne-energie van de boring stopt wanneer deze
waarde is bereikt.
dT max bodem °C
Instelling voor startvoorwaarden voor zonne-
energieopladen van de boring. Geeft het
temperatuurverschil aan (zonnecollectoren-boring),
waarbij het laden begint.
dT min bodem °C
Instelling voor stopvoorwaarden voor zonne-
energieopladen van boring. Geeft het
temperatuurverschil aan (zonnecollectoren-boring),
waarbij het laden stopt.
Zonnetest tank (min)
(Alleen gebruikt als er vacuüm zonnecollectoren zijn
gedefinieerd.)
Eenmaal per 30 minuten (fabrieksinstelling) om te
controleren of het laden van de tank mogelijk is. De test
wordt uitgevoerd op het ingestelde tijdsinterval. Als er
voldoende temperatuur wordt verkregen, wordt het laden
van de tank voortgezet; anders schakelt het systeem weer
over op het opladen van het gesteente.
72
CTC EcoZenith i555 Pro
7 (3...30)
Menu: "Installateur/Instellingen/Zonnecollectoren".
3 (2...20)
30 (30...100)
85 (10...95)
18 (1...30)
60 (3...120)
30 (1...118)
4 (1...20)

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave