Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Netimpedantie; Massaverbindingen; Elementaire Voorzorgsmaatregelen Bij De Installatie; Bekabeling In De Kast - Leroy Somer POWERDRIVE Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

LEROY-SOMER

4.4.3 - Netimpedantie

De POWERDRIVE is ontworpen om te functioneren in
industriële elektrische netten uitgerust met een transformator
geschikt voor een kortsluitvermogen tussen 20 en 100 maal
het nominale vermogen van de regelaar
(1 % < netimpedantie < 5 %).
Dit moet gecontroleerd worden bij werking met generator of
transformator.
Voorbeeld: Voor een regelaar met een nominale ingangs-
stroom van 100 A en een transformator met een kortsluit-
stroomvermogen van 5000 A bedraagt de netimpedantie 2 %
(100 A/5000 A).
Wanneer de POWERDRIVE echter vlakbij de MS/LS-
voedingstransformator geïnstalleerd is of wanneer er een
batterij condensatoren ter verhoging van de cos ϕ gebruikt
wordt, is de impedantie van de POWERDRIVE zeer laag. In
dit geval raden we aan een netsmoorspoel vóór de regelaar
te gebruiken.
Bij de installaties die tegelijk een IT-nulleider en een
verhouding lager dan twintig tussen de kortsluitstroom
op het aansluitpunt van de regelaar en de nominale
stroom hebben, moet het aansluitblokje van de
connectors P4 en P5 op de kaart PEF 720 NI 000 geopend
worden.
(Zie plaats van deze kaart § 6.4.6).

4.4.4 - Massaverbindingen

Het aardequipotentiaal van sommige industriële sites wordt
niet altijd opgevolgd. Dit gebrek aan equipotentiaal leidt tot
lekstromen die circuleren via de aardkabels (geel/groen), het
machineframe, de leidingen, enz., maar ook via de
elektrische uitrusting.
In sommige extreme gevallen kunnen deze stromen
storingen
van
de
frequentieregelaars
(ongewenste storingen).
Om de invloed van deze stromen tot een minimum te
beperken, moeten de aanbevelingen van paragraaf 4.5
opgevolgd worden.
32
INSTALLATIEHANDLEIDING
POWERDRIVE
Frequentieregelaar
EMC - H
ARMONISCHEN
Aansluitblokje van
connectors P4 en P5
veroorzaken
- NETSTORINGEN
4.5 - Elementaire voorzorgs-
maatregelen bij de installatie
Deze maatregelen moeten in aanmerking genomen worden
bij de bekabeling van de kast en de externe onderdelen. In
elke paragraaf zijn ze gerangschikt volgens afnemende
invloed op de goede werking van de installatie.

4.5.1 - Bekabeling in de kast

- Laat de stuur- en vermogenskabels niet door dezelfde
kabelgoten lopen (minimumafstand 0,5 m).
- Gebruik voor de stuurkabels gevlochten en afgeschermde
kabels.

4.5.2 - Bekabeling buiten de kast

- Verbind de aardklem van de motor rechtstreeks met de
aardklem van de regelaar.
Het
aanbevolen
kabeltype
afgeschermde
kabel:
drie
symmetrische PE-geleider en afscherming.
Een afzonderlijke PE-beveiligingsgeleider is verplicht, indien
de geleidbaarheid van de kabelafscherming minder dan 50 %
van de geleidbaarheid van de fasegeleider bedraagt.
- De afscherming moet aan de 2 uiteinden verbonden zijn:
zijde regelaar en zijde motor op 360°.
- In de tweede industriële omgeving mag de afgeschermde
voedingskabel van de motor vervangen worden door een
kabel met 3 geleiders + aarding geplaatst in een volledig
gesloten, metalen goot (vb. metalen kabelgoot). Deze
metalen goot moet mechanisch verbonden worden met de
schakelkast en de structuur die de motor draagt. Indien de
goot uit verschillende elementen bestaat, moeten deze met
elkaar verbonden worden met gevlochten draad om de
continuïteit van de aarding te verzekeren. De kabels moeten
aan de onderzijde van de goot goed bevestigd worden.
- De voedingskabels tussen het net en de regelaar moeten
niet afgeschermd zijn.
- Installeer de vermogenskabels geïsoleerd van de stuur-
kabels. De vermogenskabels moeten de andere kabels in
een hoek van 90° kruisen.
- Installeer gevoelige onderdelen (sondes, sensoren, enz.)
geïsoleerd van metalen structuren die in verbinding kunnen
staan met de bodemplaat van de motor.

4.5.3 - Belang van aardingsschema's

De immuniteit en het radiofrequente emissieniveau houden
rechtstreeks verband met de kwaliteit van de massa-
verbindingen. De metalen massa's moeten onderling
mechanisch verbonden zijn met het grootst mogelijke
elektrische contactoppervlak. De aardverbindingen die
dienen om personen te beschermen door de metalen
massa's via een kabel met de aarde te verbinden, mogen in
geen geval de massaverbindingen vervangen.
3902 nl - 2009.01 / d
is
een
symmetrische,
fasegeleiders,
coaxiale
of

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor Leroy Somer POWERDRIVE

Inhoudsopgave