Verwarming mode, Ext.
Schakelen tussen verwarming en zomermodus kan op
afstand worden bediend. Lees meer in het gedeelte
"Definieer afstandsbediening".
Verwarming uit, buiten ºC
Buitentemperatuurlimiet waarbij het huis geen
verwarming meer nodig heeft. De laadpomp (G2) stopt .
De laadpomp (G2) wordt overdag kort ingeschakeld om
het gevaar voor vastlopen te verminderen. Het systeem
start automatisch opnieuw wanneer er verwarming
nodig is.
Verwarming uit, tijd
De vertragingsperiode voordat de laadpomp (G2) stopt
zoals hierboven staat beschreven.
Helling (standaardinstelling)
Helling betekent de temperatuur die uw huis nodig
heeft bij verschillende buitentemperaturen. Meer
gedetailleerde informatie hierover vindt u in het gedeelte
"De verwarmingsinstellingen van uw huis". De ingestelde
waarde komt overeen met de temperatuur van de
verwarmingen wanneer de buitentemperatuur -15ºC is.
Na deze standaardinstelling vindt de fijnafstelling plaats
in het menu "Kamertemperatuur".
Aanpassing
Aanpassing betekent dat het temperatuurniveau over
het algemeen kan worden verhoogd of verlaagd bij alle
buitentemperaturen. Na deze standaardinstelling vindt
de fijnafstelling plaats in het menu "Kamertemperatuur".
Nachtverlaging uit ºC
Als de buitentemperatuur lager dan dit is, stopt de
nachtverlaging omdat er teveel energie wordt verbruikt
en het te lang duurt om de temperatuur te verhogen. Dit
menu heeft voorrang op afstandsbediening.
Ruimtetemp. Lager
"Kamertemp. lager" wordt weergegeven als er een
binnenvoeler is geïnstalleerd.
Hier definieert u met hoeveel graden de
kamertemperatuur wordt verlaagd tijdens de
verschillende geprogrammeerde verlagingsperioden,
bijv. Nachtverlaging, Vakantie, enz.
Vertrektemp. Lager
Als er geen binnenvoeler is geïnstalleerd, wordt "Vertrek
lager" weergegeven.
76
CTC GSi 12 230V 1N~/230V 3~
--/Auto/Aan/Uit
i
18 (10 tot 30)
Bijvoorbeeld:
"Helling 50" betekent dat de temperatuur van het
120 (30 tot 240)
water dat naar de verwarmingen wordt gestuurd
50°C is wanneer de buitentemperatuur -15°C is, als
de aanpassing is ingesteld op 0. Als de aanpassing is
50 (25 tot 82)
ingesteld op +5, wordt de temperatuur 55°C. De curve
wordt verhoogd met 5°C bij alle buitentemperaturen,
d.w.z. de curve wordt parallel opgeschoven met 5°C.
0 (-20 tot 20)
5 (-40 tot 40)
Voorbeeld:
Ruimtetemp. lager -2 betekent dat de
kamertemperatuur wordt verlaagd met 2°C ten opzichte
van de normale temperatuur.
-2 (0 tot -40)
Voorbeeld:
Als algemene regel komt een Vertrek lager-waarde
van 3-4°C overeen met een verlaging van 1°C in
kamertemperatuur in een normaal systeem.
-3 (0 tot -40)
Er zit geen verwarmingspomp
in verwarmingskring 1. In plaats
hiervan wordt "Verwarming,
modus" geregeld door de
wisselklep.