Open de apparaatdeur tijdens de bereiding zo
■
weinig mogelijk.
Meerdere taarten of cakes kunt u het beste na
■
elkaar bakken. De binnenruimte is dan nog warm.
Hierdoor is de baktijd voor het tweede gerecht
korter. U kunt ook twee rechthoekige vormen naast
elkaar in de binnenruimte plaatsen.
Bij langere bereidingstijden kunt u het apparaat
■
10 minuten voor het einde van de bereidingstijd
uitzetten en de restwarmte gebruiken voor het
afbakken.
Energie besparen met de gas-kookplaat
Kies altijd een pan die de juiste grootte heeft voor
■
uw gerechten. Een grote, slechts weinig gevulde pan
heeft veel energie nodig.
Sluit de pan altijd af met een passend deksel.
■
De gasvlam moet altijd contact met de bodem van
■
de pan hebben.
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de Europese richtlijn
2012/19/EU betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (waste
electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de
EU geldige terugneming en verwerking van
oude apparaten.
5Plaatsen en aansluiten
P l a a t s e n e n a a n s l u i t e n
Gasaansluiting
De installatie mag uitsluitend door een erkende
installateur of een door de importeur erkende
servicemonteur worden uitgevoerd volgens de
"Instructie voor het aansluiten van het gas en het
wijzigen van de gassoort".
Voor de door de importeur erkende installateur of
servicedienst
Attentie!
De instellingsvoorwaarden voor dit apparaat staan
■
op het typeplaatje op de achterzijde van het
apparaat aangegeven. De door de fabriek ingestelde
gassoort is met een ster (*) gemarkeerd.
Controleer voor de opstelling van het apparaat de
■
distributievoorwaarden (gassoort en gasdruk) en
verzeker u ervan dat de gasinstelling van het
apparaat hierop is ingesteld. Indien de instellingen
van het apparaat gewijzigd moeten worden,
raadpleeg dan de instructies in het hoofdstuk
"Instructie voor het aansluiten van het gas en het
wijzigen van de gassoort".
Dit apparaat is niet op een verbrandingsgasafvoer
■
aangesloten. Het apparaat moet in
overeenstemming met de installatievoorschriften
aangesloten en in gebruik genomen worden. Sluit
het apparaat niet op een verbrandingsgasafvoer
aan. Alle ventilatievoorschriften moeten in acht
genomen worden.
De gasaansluiting moet via een vaste, niet-flexibele
■
aansluiting (gasleiding) of via een veiligheidsslang
worden gerealiseerd.
Indien een veiligheidsslang wordt gebruikt, moet er
■
beslist op gelet worden dat de slang niet
vastgeklemd of geknikt wordt. De slang mag niet
met hete oppervlakken in aanraking komen.
* De gasleiding (gasleiding of gasveiligheidsslang)
■
kan zowel aan de rechter- als aan de linkerzijde van
het apparaat worden aangesloten. De aansluiting
moet beschikken over een gemakkelijk
toegankelijke afsluitingsinrichting.
* : Optioneel. Beschikbaar bij enkele apparaten.
Nominale bedrijfsdruk van het apparaat
De nominale bedrijfsdruk van het apparaat staat
aangegeven op het typeplaatje aan de achterkant van
het apparaat.
Alle gegevens op het typeplaatje van uw apparaat
hebben betrekking op deze drukwaarden. De fabrikant
is niet verantwoordelijk voor resultaten, prestaties of
enig risico als gevolg van het feit dat dit apparaat met
afwijkende drukwaarden is gebruikt.
Plaatsen en aansluiten
nl
9