Om storingen te voorkomen, draait u de aandrijving en driewegklep naar de
uitgangspositie voor montage volgens de afbeeldingen. Trek de knop van de
aandrijving uit en draai de knop in de centrale positie.
De poort ● moet volledig geopend zijn; de poorten ■ en ▲ moeten gedeeltelijk
open zijn. Zorg dat de groef in de witte askoppeling in dezelfde positie is als
op de afbeelding. De driewegklep en aandrijving kunnen dan samen worden
gemonteerd zoals op de afbeelding, of kunnen in stappen van 90 graden
worden gedraaid ten opzichte van elkaar.
Als poorten ▲ en ■ zijn verschoven tijdens de hydraulische aansluiting, kan de
motor opnieuw worden aangesloten om de draairichting te veranderen. Dit
wordt gedaan met behulp van twee jumpers in de motor.
LET OP: De draairichting kan niet worden veranderd door de zwarte en
bruine kabel om te wisselen.
22.2.1.1 3-weg klep actieve koeling (Y61)*
230V 1N~
De 3-wegklep is aangesloten op de volgende klemmenstroken op de
uitbreidingskaart X7: De klep wordt geactiveerd wanneer warmtepompen
koeling produceren en wordt geïnstalleerd in systemen met een aparte
verwarmings-/koeltank.
Relaisuitgang:
pool 30
Nul:
pool 32
Fase:
pool 25
Controleer de functie door de pomp te testen in het menu "Installateur/
Service/Functietest".
22.2.1.2 3-wegklep noodzaak voor actieve koeling (Y62)*
230V 1N~
De 3-wegklep is aangesloten op de volgende klemmenstroken op de
uitbreidingskaart X6: De klep wordt geactiveerd wanneer koeling gevraagd is
en wordt geïnstalleerd in systemen met een aparte verwarmings-/koeltank
zodat warmteverlies naar de verwarmingstank wordt voorkomen.
Relaisuitgang:
pool 8
Nul:
pool 11
Fase:
pool 9
Controleer de functie door de pomp te testen in het menu "Installateur/
Service/Functietest".
*Geldt als het accessoire CTC Expansion
geïnstalleerd is.
177