Het papierformaat instellen
U kunt zeven papierformaten voor het printen
van uw kopieën gebruiken: Letter, A4, B5,
A5, B6, A6 en Executive en twee formaten
voor het printen van faxen: Letter en A4.
Wanneer u het papierformaat voor de
papierlade verandert, moet u ook de instelling
voor het papierformaat veranderen, zodat uw
machine een binnenkomende fax of een
verkleinde kopie op het blad kan doen
passen.
Opmerking
Als u Transparanten hebt geselecteerd als
papiersoort (Menu/Set, 1, 2) kunt u alleen
Letter of A4 als papierformaat selecteren in
stap 2.
1
Druk op Menu/Set, 1, 3.
Standaardinst.
3.Papierformaat
2
Druk op ▲ of ▼ om Letter , A4 , A5 , A6 ,
B5 , B6 of Executive te selecteren.
Druk op Menu/Set.
3
Druk op Stop/Eindigen.
Het belvolume instellen
U kunt de beltoon Uit zetten of selecteren
hoe luid de bel van de machine overgaat.
1
Druk op Menu/Set, 1, 4, 1.
Volume
1.Belvolume
2
Druk op ▲ of ▼ om Laag , Half , Hoog
of Uit te selecteren.
Druk op Menu/Set.
3
Druk op Stop/Eindigen
—OF—
u kunt het belvolume aanpassen wanneer uw
machine inactief is (niet wordt gebruikt). In de
modus (fax), drukt u op
om het volume in te stellen. Telkens
wanneer u op deze toetsen drukt, gaat de bel
over, zodat u hoort hoe luid de bel met de
huidige instelling, op het LCD-scherm
getoond, klinkt. Telkens wanneer u op één
van deze toetsen drukt, wordt het volume
gewijzigd. De nieuwe instelling blijft van
kracht totdat u deze wijzigt.
Aan de slag
2
of
2 - 5