Informatie voor beheerders
6. Stel het Subnetmasker en de Standaardgateway in.
Bevestig de waarde uit het voorgaande scherm.
Belangrijk:
c
Als de combinatie van het IP-adres, het Subnetmasker en de Standaardgateway onjuist is, is Start installatie
niet actief en kunnen de instellingen niet worden doorgevoerd. Controleer of er geen fout staat in de ingevoerde
waarde.
7. Voer het IP-adres van de primaire DNS-server in.
Bevestig de waarde uit het voorgaande scherm.
Opmerking:
Wanneer u Auto selecteert voor de instellingen voor het toewijzen van het IP-adres, kunt u de instellingen voor de DNS-
server selecteren uit Handmatig of Auto. Als het adres van de DNS-server niet automatisch kan worden opgehaald,
selecteert u Handmatig en voert u het adres van de DNS-server in. Voer vervolgens het adres van de secundaire DNS-
server rechtstreeks in. Ga naar stap 9 als u Auto selecteert.
8. Voer het IP-adres van de secundaire DNS-server in.
Bevestig de waarde uit het voorgaande scherm.
9. Selecteer Start installatie.
De proxyserver instellen
Stel de proxyserver in als beide punten hieronder opgaan.
❏ De proxyserver is bestemd voor een internetverbinding.
❏ Wanneer een functie wordt gebruikt waarin een printer rechtstreeks verbinding met internet heeft, zoals de
Epson Connect-service of een cloudservice van een ander bedrijf.
1. Selecteer Instel. op het startscherm.
Wanneer u instellingen configureert nadat het IP-adres is ingesteld, wordt het scherm Geavanceerd
weergegeven. Ga naar stap 3.
2. Selecteer Algemene instellingen > Netwerkinstellingen > Geavanceerd.
3. Selecteer Proxy-server.
4. Selecteer Gebr. voor Instellingen proxyserver.
5. Voer het adres voor de proxyserver in IPv4- of FQDN-indeling in.
Bevestig de waarde uit het voorgaande scherm.
6. Voer het poortnummer voor de proxyserver in.
Bevestig de waarde uit het voorgaande scherm.
7. Selecteer Start installatie.
>
De printer met het netwerk verbinden
181
>
Verbinding maken met het netwerk via