3 Beschrijving van het toestel
Algemene aanwijzingen betreffende het kookgerei
▸ Er moet op gelet worden dat de bodem van het
kookgerei indien mogelijk even groot is als het
kookgerei.
▸ Wij raden het gebruik van kookgerei met een in-
geperste bodem af, omdat dit type niet op alle in-
ductiekookvelden werkt.
▸ Enkele inductiekookvelden beschikken over de
functies smelten, warm houden of sudderen. Voor
het gebruik van deze functies raden wij aan kook-
gerei zonder uitsparing in de bodem te gebruiken.
▸ Slechte contactplekken aan de grepen en holle grepen kunnen voor harde fluittonen
zorgen.
▸ Tijdens het gebruik daalt de hechtcapaciteit van het kookgerei. Daardoor kan het
kookgerei makkelijker verschuiven.
▸ De dikke wanden van de pan dempen de trilling en verminderen de geluidsproductie.
Panpositie
Pannen op het kookveld dusdanig positioneren
dat de stoom niet via de grepen in de dampaf-
zuiger gezogen wordt.
Energiebesparend koken
Voor een zo efficiënt mogelijke energieopname en een gelijkmatige warmteverdeling de
volgende punten in acht nemen:
▪ De bodem van het kookgerei moet schoon, droog en niet ruw zijn.
▪ Het kookgerei gecentreerd op de kookzone plaatsen.
▪ Een goed sluitend deksel gebruiken.
▪ De diameter van het kookgerei aan het vulgewicht aanpassen.
Gecoat kookgerei
▪ Voor het braden maximaal vermogensniveau «7» gebruiken.
▪ Gecoat kookgerei mag alleen boven niveau «7» worden gebruikt als de bodem ge-
heel met vloeistof is bedekt.
– De coating kan anders oververhit en beschadigd worden.
Gecoate braadpannen nooit met automatische opkookfunctie en PowerPlus ge-
bruiken.
12