Inhoudsopgave
Advertenties
13.11.5 Instellingen X-volume
Instellingen van toepassing wanneer X-volume is
geactiveerd.
Dit wordt ook systeem 3 genoemd.
Laadtemperatuur °C
De maximaal toegestane temperatuur wordt ingesteld
in het X-Volume. Het opladen stopt zodra de ingestelde
temperatuur is bereikt.
Max toegelaten tanktemp. ºC
Als de temperatuur van de zonnecollector de
ingestelde maximumtemperatuur overschrijdt, blijft
energieoverdracht naar de tank toegestaan tot deze
ingestelde tanktemperatuur.
Controleer of de beschermingsfunctie "Bescherming te
hoge temperaturen collector" is ingeschakeld.
13.11.6 Instellingen boring herladen
Herladen actief
Hier kan de functie "opladen van boorgat" worden
geactiveerd. De functie is bedoeld om de zonnecollector
te beschermen tegen te hoge temperaturen, maar kan
ook het boorgat opladen met energie.
-Start laden diff temp, °C
Hier kunt u het temperatuurverschil instellen
waarbij het laden van het boorgat moet starten. De
zonnecollector moet dit aantal graden warmer zijn dan
de captatievloeistof in het boorgat om het opladen te
starten. Als de collector de tank aan het opladen is of
kan opladen, krijgt het opladen van de tank prioriteit.
-Stop laden diff temp, °C
Hier kunt u het temperatuurverschil instellen waarbij
het laden van het boorgat moet stoppen. Wanneer het
temperatuurverschil tussen de zonnecollector en de
captatievloeistof onder deze ingestelde waarde zakt,
stopt het opladen.
-Max Brontemperatuur ºC
Instelling voor de maximum toegestane
captatietemperatuur. Het opladen van het boorgat stopt
wanneer deze waarde is bereikt.
X-volume
Laadtemperatuur ºC
Max toegelaten tanktemp. ºC
60 (10—95)
70 (60—125)
Boring herladen
Nee (Nee/Ja)
Herladen aktief
-Laad startverschil temp. ºC
-Laad stopverschil temp. ºC
-Max Brontemperatuur ºC
60 (3—120)
30 (1—118)
18 (1—30)
60
70
Nee
60
30
18
101
CTC GSi
Advertenties
Inhoudsopgave
