Correct scherpstellen
De camera stelt automatisch scherp en detecteert automatisch gezichten in alle
opnamemodi. De camera kan ook een bewegend voorwerp detecteren en volgen.
Een geel kader geeft aan op welk gezicht of bewegend voorwerp wordt
scherpgesteld.
Een manier om het scherpstelgebied te veranderen is door de camera te bewegen
en de cameratoets half ingedrukt te houden. Als het beeld eenmaal is
scherpgesteld, wordt het ronde kader blauw. Met deze methode kunt u
bijvoorbeeld de focus veranderen naar iemand aan de rand in een groepsfoto.
U kunt ook op het scherm tikken om scherp te stellen op een bepaald gebied of
om een bepaalde scherpstelafstand in te stellen. Deze opties zijn uitsluitend
beschikbaar voor de hoofdcamera en zijn afhankelijk van de geselecteerde
opnamemodus.
De scherpstelafstand instellen
1
Tik op
terwijl u de camera gebruikt.
2
Tik op
.
3
Versleep de schuifregelaar om de scherpstelafstand aan te passen.
4
Sluit het instellingenmenu. De instelling wordt opgeslagen.
5
Druk op de cameratoets of tik op de sluiterknop om een foto te maken.
Deze instelling is alleen beschikbaar in de modus Handmatig van de hoofdcamera.
Personen, selfies en lachende gezichten
Gezichten waarop wordt scherpgesteld worden aangeduid met een gekleurd
kader. Tik op een kader om een gezicht te selecteren om scherp te stellen.
Gebruik Lachsluiter om automatisch een foto te maken als iemand lacht. Als u een
video opneemt, wordt telkens wanneer een lach wordt gedetecteerd een foto
gemaakt.
Foto's en video's van personen maken
•
Let op de houding van de camera. Gebruik de staande stand voor close-upfoto's
om het beeld te vullen. Gebruik de liggende stand voor groepsfoto's of om een
voorwerp op de achtergrond op te nemen.
•
Plaats de camera op een stabiel oppervlak en gebruik de zelfontspanner
onscherpe foto's te voorkomen.
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
97
om