5. Configureer de gewenste instellingen.
•
Relayeren
Stel de Relayeren in op Aan.
•
Groepsdomein
Configureer de domeinnaam van uw apparaat op het apparaat dat het document naar het feitelijke
faxapparaat zal doorzenden. Om uw apparaat als een relayeerapparaat te gebruiken, dient u de
vertrouwde domeinnaam op te geven (het gedeelte van de naam na het "@"-teken) bij het apparaat.
Wees voorzichtig met het selecteren van een vertrouwd domein: alle gebruikers op een vertrouwd domein
kunnen de relayeerfunctie gebruiken. U kunt maximaal vijf domeinnamen registreren.
•
Relayeerrapport
Geef op of het apparaat na het relayeren een rapport moet afdrukken.
6. Klik op Indienen wanneer u klaar bent.
Verwante informatie
•
Internetfaxopties
334