Bedoeld voor gebruik wanneer mensen aanwezig of
waarschijnlijk aanwezig zijn in de ruimte.
Selecteer de modus via de knoppen «+ » of «- » en druk
daarna op OK . De temperatuurinstelling wordt op het
scherm weergegeven. Druk voor bevestigen opnieuw op
OK . De temperatuur knippert nu. Gebruik de toetsen «+ »
of «-» om in te stellen, en daarna OK om te bevestigen.
De omgevingstemperatuur wordt 10 seconden weerge-
geven, en daarna opnieuw de instellingstemperatuur.
Het temperatuurbereik ligt tussen 5,5°C en 30°C. Tijdens
het instellen wordt een driekleurige visuele indicator
weergegeven.
Deze geeft het bereik voor laag, gemiddeld of hoog ener-
gieverbruik weer en hiermee kunt u dus energie bespa-
ren.
Groen: Laag verbruik, temperatuur van 5,5°C t/m 19°C
Oranje: Gemiddeld verbruik, temperatuur van 19,5°C
t/m 24°C
Rood: Hoog verbruik, temperatuur van 24,5°C t/m 30°C
Door deze visuele indicator is de gebruiker zich bewust
zijn van het risico op overmatig energieverbruik bij het
instellen van een comfortabele temperatuur.
De temperatuur die u heeft ingesteld, is de gewenste
temperatuur in de ruimte en in deze functiemodus. U
dient een paar uur te wachten voordat de temperatuur
in de ruimte weer stabiel is.
Door te drukken op de Terugtoets wordt de omgevings-
temperatuur 10 seconden weergegeven. Ook wordt het
symbool weergegeven.
FUNCTIEMODUS VOOR TEMPERATUUR IN
AUTO MODUS
Bedoeld voor automatische en autonome bediening
van de onderstaande radiator:
Prioriteit 1: De pilootdraad als de radiator is
aangesloten. Opdrachten verzonden door EDF als
onderdeel van een Tempo-abonnement of via een en-
ergiebeheerder als « 6 opdrachten». Veranderingen in
temperatuur worden in de Comfort modus ingesteld.
Prioriteit 2: Het programma van de Touch E3-pro-
grammeercentrale (optioneel), als de afstandsbedie-
ning daaraan gekoppeld is.
Prioriteit 3: Een programma dat eerder is geselec-
teerd in de programmeermodus (d1 t/m d9, U1 t/m
U9) van de afstandsbediening.
U kunt de ingestelde temperatuur in uw program-
ma altijd wijzigen. Druk hiervoor op de toets OK . Nu
knippert de temperatuur op het scherm. Stel in met
de knoppen «+ » en «-» , en druk daarna op OK om te
bevestigen. In dit geval wijkt u af en wordt het sym-
bool op het scherm weergegeven. Door te drukken op
de toets sluit u de vrijstelling af en gaatu terug naar
de instellingstemperatuur in uw programma; als u dat
niet doet, verdwijnt de afwijking na 2 uur
Door te drukken op de Terugtoets wordt de omge-
vingstemperatuur 10 seconden weergegeven. Ook
wordt het symbool weergegeven.
MODI VOOR FUNCTIES VOOR VERLAGEN
VAN DE TEMPERATUUR
Bedoeld voor gebruik wanneer mensen niet aanwezig of
mogelijk aanwezig kunnen zijn in de ruimte.
Selecteer de modus via de knoppen «+ » of «-»en druk
daarna op OK . De temperatuurinstelling wordt op het
scherm weergegeven. Druk voor bevestigen opnieuw op
OK . De temperatuur knippert nu. Gebruik de toetsen «+ »
of «-» om in te stellen, en daarna OK om te bevestigen.
De omgevingstemperatuur wordt 10 seconden weerge-
geven, en daarna opnieuw de instellingstemperatuur.
Het temperatuurbereik ligt tussen 5,5°C en 19°C , maar
is altijd 0,5°C lager in vergelijking met de comforttempe-
ratuur.
De temperatuur die u heeft ingesteld, is de gewenste
temperatuur in de ruimte en in deze functiemodus. U
moet een paar uur wachten voordat de temperatuur in
de ruimte weer stabiel is.
NL
32