De systeemsoftware configureren
8
De systeemsoftware configureren
Voor de eerste ingebruikneming van de installatie kan de besturing aan de ver-
schillende inbouwomstandigheden worden aangepast. Deze aanpassingen
moeten worden uitgevoerd door de installateur (afb. 5).
Display-
weergave
P.01
P.02
I
INSTRUCTIE
De instelmodus kan ook nog opgeroepen worden, als de onderspanningsbe-
veiliging de installatie heeft uitgeschakeld en er nog een restspanning beschik-
baar is.
8.1
De configuratiemodus oproepen en afsluiten
1. Houd de toets
2. Houd de toets
✔ Het display toont het symbool
✔ De standairco schakelt in de configuratiemodus.
✔ Het display toont „P.01" en het symbool
3. Scrol door het menu door op de toets
gewenste menu te selecteren.
4. Druk op de toets
5. Houd de toets
sluiten.
8.2
P.01: Onderspanningsuitschakeling
De accumonitor beschermt de accu tegen te diepe ontlading.
A
LET OP! Gevaar voor schade
De accu heeft bij het uitschakelen door de accumonitor niet meer de volle laad-
capaciteit. Vermijd herhaaldelijk starten of het gebruik van elektrische appara-
tuur. Zorg ervoor dat de accu weer geladen wordt. Zodra de benodigde
spanning weer ter beschikking staat, kan het systeem weer worden gebruikt.
106
Parameter
Betekenis
Uitschakeling bij
De accumonitor schakelt bij de hier
onderspanning
gedefinieerde spanning de installatie
uit.
RTX 24 V
RTX 12 V
Weergave tempera-
De temperatuur kan in °C of °F wor-
tuurbereik
den weergegeven.
ingedrukt.
langer dan 3 s ingedrukt.
om het gewenste menu te openen.
langer dan 3 s ingedrukt om de configuratiemodus af te
.
knippert.
of
te drukken om het
CoolAir
Fabrieks-
instelling
22,8 V
11,5 V
°C
NL