Houd het apparaat in de werkhoek en
kijk of de rubberen omranding van de
beschermkap net boven de vloer ligt.
Loop in regelmatig tempo en schuif het
apparaat voor u uit. Afhankelijk van de
vervuilingsgraad oefent u een gemid-
delde druk op de oppervlakteborstel uit
en past u uw werktempo aan.
AANWIJZING!
Werk altijd parallel en houd het appa-
raat uit de buurt van uw lichaam.
Bij werkzaamheden langs randen
moet de smalle rand van het apparaat
naar de wand wijzen.
Bij hardnekkig vuil kunt u het apparaat
voor- en achterwaarts bewegen (zoals
een bezem) tot u het gewenste resul-
taat heeft bereikt.
Bij een hoge vervuilingsgraad is ook een
vochtreiniging mogelijk. Gebruik een
sproeier om het te reinigen oppervlak te
bevochtigen met water of een reini-
gingsmiddel. Hiervoor is een GLORIA-
sproeier ideaal. Spoel na de vochtreini-
ging het oppervlak met water.
LET OP
VERWONDINGSGEVAAR DOOR NALO-
PEND BORSTEL-GEREEDSCHAP!
Til een ingeschakeld apparaat niet
van de vloer. Hierdoor ontstaat
intrekgevaar!
7.1.5 Gebruik van oppervlakteborstel
op houten buitenoppervlakken (optio-
neel als accessoires verkrijgbaar)
ATTENTIE
Door onjuist gebruik van het apparaat
bestaat risico op materiële schade! Res-
pecteer daarom de volgende veilig-
heidsaanwijzingen:
Gebruik nooit de harde oppervlak-
teborstel met de zwarte haren voor
de reiniging van houten buitenvloe-
ren aangezien deze borstel een
agressieve uitwerking heeft en
daardoorhet hout kan beschadigen.
AANWIJZING!
Gebruik voor reiniging van houten
buitenvloeren de zachte oppervlakte-
borstel met de gele/zwarte haren.
Deze is als GLORIA accessoire verkrijg-
baar en wordt niet meegeleverd.
Montage- en gebruiksaanwijzingen
vindt u in de productinformatie
"Oppervlakteborstel
buitenvloeren".
7.1.6 Gebruik en uitwisseling van
voegenborstels
Afbeeldingen 22 - 24
22
Monteer
de
beschreven
Plaats het apparaat parallel met
geleidewiel en voegenborstel op de te
bewerken voegen. Houd het apparaat
in de werkhoek en kijk of de rubberen
omranding van de beschermkap (I) net
boven de vloer ligt.
AANWIJZING!
23
Om de beschermkap (I) in te stellen,
draait u de in 7 standen vergrendelbare
beschermkap in de positie, zoals hier-
boven beschreven bij punt "21".
24
Richt de voegenborstel centraal op de
voegen, ga met een gelijkmatig loop-
tempo te werk en schuif het apparaat
voor u uit. Pas uw werktempo aan de
vervuilingsgraad aan.
AANWIJZING!
Werk altijd langs de voegen en houd het
apparaat uit de buurt van uw lichaam.
Bij hardnekkig vuil kunt u het apparaat
voor- en achterwaarts bewegen (zoals
een bezem) tot u het gewenste resultaat
heeft bereikt.
LET OP
VERWONDINGSGEVAAR DOOR NALO-
PEND BORSTEL-GEREEDSCHAP!
Til een ingeschakeld apparaat niet
van de vloer. Hierdoor ontstaat
intrekgevaar!
64
voor
houten
voegenborstel
zoals
in
hoofdstuk
7.1.3.