• Als u de herstelmedia met schijven hebt gemaakt, doet u het volgende:
1. Als uw computer geen intern optisch station heeft, sluit u een extern optisch station aan op de
computer.
2. Zet de computer aan en druk herhaaldelijk op F12 totdat het venster Boot Menu wordt geopend.
3. Selecteer in het venster Boot Menu het optische station (intern of extern) als het eerste
opstartapparaat. Plaats de schijven daarna in het optische station en druk op Enter. De
herstelprocedure wordt gestart.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm om de bewerking te voltooien.
• Als u de herstelmedia hebt gemaakt met een USB-opslagapparaat, doet u het volgende:
1. Sluit het USB-opslagapparaat aan op een van de USB-aansluitingen van de computer.
2. Zet de computer aan en druk herhaaldelijk op F12 totdat het venster Boot Menu wordt geopend.
3. Selecteer in het venster Boot Menu het USB-opslagapparaat als het eerste opstartapparaat en druk
op Enter. De herstelprocedure wordt gestart.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm om de bewerking te voltooien.
Opmerking: Nadat u de computer weer op de fabrieksinstellingen hebt ingesteld, kan het nodig zijn de
stuurprogramma's voor een aantal apparaten opnieuw te installeren. Zie 'Vooraf geïnstalleerde programma's
en stuurprogramma's opnieuw installeren' op pagina 92.
Vooraf geïnstalleerde programma's en stuurprogramma's opnieuw
installeren
U kunt vooraf geïnstalleerde programma's en stuurprogramma's opnieuw op uw computer installeren.
Vooraf geïnstalleerde programma's opnieuw installeren
Als u programma's die vooraf op uw Lenovo-computer zijn geïnstalleerd, opnieuw wilt installeren, doet u het
volgende:
1. Zet de computer aan.
2. Ga naar C:\swtools.
3. Open de apps-map. De map bevat verschillende submappen die de namen hebben van bepaalde vooraf
geïnstalleerde programma's.
4. Open de submap en zoek het EXE-bestand.
5. Dubbelklik op het EXE-bestand en volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
Vooraf geïnstalleerde stuurprogramma's opnieuw installeren
Attentie: Als u stuurprogramma's opnieuw installeert, wijzigt u de huidige configuratie van uw computer.
Installeer stuurprogramma's alleen opnieuw als dit noodzakelijk is om een probleem met de computer op te
lossen.
U installeert een stuurprogramma voor een vooraf geïnstalleerd apparaat als volgt:
1. Zet de computer aan.
2. Ga naar C:\swtools.
3. Open de map Drivers en zoek de submap die is genoemd naar het tijdens fabricage geïnstalleerde
apparaat op uw computer, bijvoorbeeld AUDIO of VIDEO.
4. Open de map voor het apparaat.
5. Installeer het stuurprogramma opnieuw met een van de volgende methoden:
92
Gebruikershandleiding ThinkPad E570, E570c en E575