Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) starten vanaf de vaste schijf
Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) bevindt zich op een verborgen partitie op de vaste schijf.
OPMERKING:
Als de computer geen beeld op het scherm kan weergeven, moet u contact opnemen met Dell
(zie "Contact met Dell opnemen" in de on line Gebruikershandleiding voor meer informatie).
OPMERKING:
Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg
de documentatie bij het dockingstation voor instructies voor het loskoppelen.
1 Zorg dat de computer is aangesloten op een stopcontact en goed werkt.
2 De computer opnieuw inschakelen (of opstarten).
3 Start Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) op een van de volgende twee manieren:
Wanneer het DELL™-logo verschijnt, drukt u direct op <F12>. Selecteer Diagnostics in het
a
opstartmenu en druk op <Enter>.
OPMERKING:
u blijven wachten tot het bureaublad van Microsoft
computer af en probeert u het opnieuw.
OPMERKING:
Houd de toets <Fn> ingedrukt terwijl u de computer aanzet.
b
OPMERKING:
hulpprogramma is gevonden, voert u Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) uit vanaf het medium
Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's).
De computer voert een systeemanalyse uit: een reeks begintests van het moederbord, het toetsenbord,
het computerscherm, het geheugen, de vaste schijf, etc.
•
Beantwoord tijdens de analyse eventuele vragen die worden gesteld.
•
Als er een fout wordt gedetecteerd tijdens de systeemanalyse, moet u de foutcode(s) opschrijven
en "Contact met Dell opnemen" in de on line Gebruikershandleiding raadplegen.
Als de systeemanalyse is voltooid, verschijnt het bericht Booting Dell Diagnostic Utility
Partition.Press any key to continue (Opstarten vanaf partitie met Dell Diagnostics;
druk op een willekeurige toets om door te gaan).
4 Druk op een toets om Dell Diagnostics (Dell-diagnoseprogramma) te starten vanaf de partitie met het
diagnostische hulpprogramma op de vaste schijf.
Het diagnoseprogramma starten vanaf het medium Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's)
1 Plaats het medium Drivers and Utilities (stuur- en hulpprogramma's).
2 Zet de computer uit en start deze opnieuw op.
Wanneer het DELL-logo verschijnt, drukt u direct op <F12>.
Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt weergegeven, moet
Zorg dat de computer volledig is uitgeschakeld, voordat u optie B probeert.
Als een bericht wordt weergegeven dat er geen partitie met een diagnostisch
®
®
Windows
wordt weergegeven. Daarna sluit u de
Snelle referentiegids
47