NA GEBRUIK
1.
Zet de temperatuurregelaar op •. Zet de stoomregelaar op S.
2.
Haal de stekker uit het stopcontact.
3.
Open het deksel
4.
Houd het strijkijzer boven de gootsteen, draai het ondersteboven en laat het water uit het reservoir
lopen via de vulopening.
5.
Sluit het deksel.
6.
Zet het strijkijzer rechtop.
7.
Laat het staan tot het volledig afgekoeld is.
8.
Wanneer het strijkijzer is afgekoeld, kunt u eventuele waterdruppels wegvegen en het snoer om de
voet wikkelen.
9.
Berg het strijkijzer rechtop op, zodat er geen roest of schade aan de zoolplaat kan ontstaan.
ZELFREINIGING
Om de vorming van kalk te voorkomen, gebruikt u de zelfreinigende functie minstens één keer per
maand in regio's met normaal water. Heeft u te maken met hard water dan is zelfreiniging vaker gewenst.
Voor geretourneerde producten die onder de garantie vallen en waarbij defecten zijn opgetreden als
gevolg van kalkaanslag, worden reparatiekosten in rekening gebracht.
U heeft een wastafel of een grote kom nodig om het water op te vangen dat uit de zoolplaat afkomstig is.
Vul het reservoir tot het max peil.
1.
Zet de temperatuurregelaar op max. Zet de stoomregelaar op S.
2.
3.
Zet het strijkijzer rechtop.
4.
Steek de stekker in het stopcontact.
5.
Wacht tot het lampje uitgaat.
6.
Houd het strijkijzer boven de wastafel of grote kom met de zoolplaat naar beneden.
7.
Druk op de C knop en houdt deze ingedrukt.
8.
Beweeg het strijkijzer zachtjes op en neer boven de wastafel. Zorg ervoor dat u niet in contact komt
met de stoom of het weglopende water.
9.
Het water en de stoom zullen kalk en stof door de zoolplaat duwen.
10. Ga door tot het reservoir leeg is.
11.
Laat de C knop los.
12.
Haal de stekker uit het stopcontact en plaats het strijkijzer rechtop om af te koelen.
13. Wanneer het strijkijzer is afgekoeld, kunt u eventuele waterdruppels wegvegen en het snoer om de
voet wikkelen.
14. Berg het strijkijzer rechtop op, zodat er geen roest of schade aan de zoolplaat kan ontstaan.
RECYCLING
W
Om milieu- en gezondheidsproblemen door gevaarlijke stoffen te vermijden, mogen
apparaten en oplaadbare en niet oplaadbare batterijen met een van deze symbolen
niet samen met het huishoudelijk afval worden verwijderd. Breng elektrische en
elektronische producten en, indien van toepassing, oplaadbare en niet-oplaadbare
batterijen, altijd naar een officieel recycling-/inzamelpunt.
18