6.8
Tafelverlenging instellen
De tafelverlenging breidt de steunvlakte
uit, zodat ook langere werkstukken ste-
vig kunnen liggen.
1. Voor het uittrekken van de tafelver-
lenging moeten de beide kartel-
schroeven (61) worden losgedraaid.
61
2. Tafelverlenging naar buiten trekken
en op gewenste afstand instellen.
3. De beide kartelschroeven weer aan-
trekken.
6.9
Zagen
A
Gevaar!
De schuifstok moet altijd gebruikt
worden als de afstand tussen het
zaagblad en een parallelaanslag
kleiner is dan 120 mm.
Rechte zaagsnede
1. Hellingshoek instellen en vergrende-
len.
2. Zaaghoogte instellen. Aan de voor-
kant moet de beschermkap volledig
op het werkstuk liggen.
3. Parallelaanslag instellen.
4. Zet de zaag aan.
5. Het werkstuk gelijkmatig naar achte-
ren schuiven en in een werkproces
doorzagen.
6. Schakel de machine uit als u niet on-
middellijk verder werkt.
Verstekzagen
1. De dwarsaanslag wordt van voren in
de groef in de zaagtafel ingescho-
ven.
2. Gewenste hoek na losmaken van de
klemhendel (62) aan de dwarsaan-
slag instellen en klemhendel weer
vastschroeven.
3. Zijdelingse afstand tussen voorzet-
profiel en zaagblad instellen:
kartelmoer losmaken en voorzet-
profiel verschuiven.
Kartelmoer vastdraaien.
4. Werkstuk tegen de dwarsaanslag
drukken.
5. Werkstuk doorzagen door de dwars-
aanslag vooruit te schuiven.
6. Schakel de machine uit als u niet on-
middellijk verder werkt
7.
Transport
A
Gevaar!
Vóór het transport altijd:
Apparaat uitschakelen.
Wachten tot het zaagblad hele-
maal stilstaat.
Stekker uit het stopcontact trek-
ken.
Draai het zaagblad volledig naar be-
neden.
Hellingshoek van het zaagblad op 0°
instellen en met de spanhefboom
vastzetten.
Aanbouwdelen (beschermkap,
spaanafzuiging) demonteren. Be-
schermkap bij zaagtafel opbergen.
Stroomsmoer op kabelopwikkeling
rollen.
Alleen apparaat met machinestan-
daard:
Apparaat bij frameconstructie optil-
len en naar achteren draaien. Appa-
raat op zijkant zetten en bovenste
poten inklappen. De rode zwenk-
hendels moeten weer inklikken.
Apparaat naar achteren draaien en
de onderste poten inklappen. De
rode zwenkhendels moeten weer in-
klikken.
Handgrepen naar binnen schuiven
en apparaat neerzetten.
A
Klemgevaar
Vergrendel de uitgetrokken tafelver-
breding met de spanhefboom.
62
Gebruik voor het dragen van het toestel
de handgrepen aan de zijkant (63) van
de tafel.
63
A
Let op!
Draag het toestel niet aan de veilig-
heidsvoorzieningen, de tafelverbrei-
ding of aan de bedienelementen!
Mobiel transport:
Handgrepen naar buiten trekken,
draaien en inklikken.
Zaag aan de handgreep trekken of
schuiven
Gebruik bij verzending de originele ver-
pakking indien mogelijk.
NEDERLANDS
49