Overzicht voor systeembeheerders
7. Selecteer de gewenste instelling voor de functie.
8. Selecteer Opslaan.
Het vorige scherm wordt weergegeven.
9. Selecteer Sluiten.
Het hoofdscherm van Hulpprogramma's wordt weergegeven.
10. Sluit de beheerdersmodus.
Energiespaarstand
Met de energiespaarstandfunctie kunt u instellen na hoeveel tijd de pers overgaat op
de energiespaarstand. Als druktaken voltooid zijn en de drukpers niet actief is, start de
energiespaarstand. De energiespaarstand heeft twee modussen:
• Laag stroomverbruik: na een vooraf ingestelde periode van inactiviteit wordt de pers
in de modus Laag stroomverbruik gezet.
• Slaapstand: na nog een vooraf ingestelde periode van inactiviteit in de modus Laag
stroomverbruik wordt de pers in de slaapstand gezet.
Hier volgen twee voorbeelden:
• Als de modus Laag stroomverbruik op 15 minuten is ingesteld en de slaapstand op
60 minuten, wordt de slaapstand na 60 minuten inactiviteit totaal geactiveerd, en
niet 60 minuten nadat de modus Laag stroomverbruik is gestart.
• Als de modus Laag stroomverbruik op 15 minuten is ingesteld en de slaapstand op
20 minuten, wordt de slaapstand geactiveerd 5 minuten nadat de modus Laag
stroomverbruik is gestart.
OPMERKING
Raadpleeg
Tijdsintervallen voor energiebesparing instellen/wijzigen
over het instellen van de perioden en andere instelopties voor de
energiespaarstandfunctie.
Modus Laag stroomverbruik
In deze stand wordt energie bespaard door minder stroom te gebruiken voor de drukpers
en het bedieningspaneel. Het aanraakscherm gaat uit en de knop Energiespaarstand
op het bedieningspaneel gaat branden. Om de drukpers te gebruiken, drukt u op de knop
Energiespaarstand. De knop Energiespaarstand gaat uit ter indicatie dat de
energiespaarstand is uitgeschakeld.
1-4
voor alle informatie
Xerox
®
Versant 2100-pers
Handleiding voor de systeembeheerder