Montage
7.4
De afdichting voor het cabinedak bevestigen
A
LET OP! Gevaar voor schade
Zorg ervoor dat het oppervlak waar de afdichting tussen het systeem en het
cabinedak moet worden gelijmd, schoon is (vrij van stof, olie enz.).
➤ Plak de afdichtband op het dak van de cabine (afb. 9 A).
Volg de contour van de uitsparing van het dakraam. De stootrand moet
onder zijn.
➤ Breng een flexibel, niet-hardend butylafdichtingsmiddel (bijv.
SikaLastomer-710) aan op de verbinding tussen de uiteinden van de afdicht-
band en de bovenrand van de afdichtband (afb. 9 B).
7.5
Het systeem in het dakraam monteren
!
VOORZICHTIG! Gevaar voor letsel
Monteer het systeem uitsluitend met behulp van een tweede persoon, kraan of
werkplatform. De werkveiligheid moet te allen tijde gegarandeerd zijn.
➤ Plaats de standairco zoals afgebeeld en naar voren gericht in de uitsparing
van het dakraam (afb. 0).
I
INSTRUCTIE
Zodra het systeem op zijn plaats op het dak van het voertuig zit, moet de
afdichting rondom contact maken. Alleen zo is een perfecte afdichting moge-
lijk.
➤ Plaats de bevestigingshouders onder het cabinedak (afb. a).
Schuif de bevestigingshouders hierbij tussen het cabinedak (chassis) en de
hemelbekleding (indien aanwezig).
A
LET OP! Gevaar voor schade
Overschrijd nooit het aangegeven aandraaimoment. Dit is de enige manier om
ervoor te zorgen dat de schroefdraadbussen er niet uit worden getrokken.
➤ Bevestig de standairco zoals afgebeeld (afb. a).
➤ Vereiste lengte van de zeskantbout M8 bepalen:
Schroeflengte = afstand tussen de onderrand van de bevestigingshouder en
de onderrand van het systeem plus 5–9 mm.
Kort de zeskantschroef in tot de berekende maat, indien nodig.
88
CoolAir
NL