CombiZone
nl
wCombiZone
M et deze functie kunt u de CombiZone verbinden en
C o m b i Z o n e
voor beide kookzones dezelfde vermogensstand
instellen. De functie is bijzonder geschikt voor de
bereiding met langwerpig kookgerei.
Aanwijzingen voor het kookgerei
Gebruik voor een optimaal resultaat een pan die
afgestemd is op het gebied van de beide kookzones.
Zet de pan in het midden van de kookzone.
Wanneer u op een van beide kookzones slechts één
pan gebruikt, kunt u hem verplaatsen naar de tweede
kookzone. In dit geval worden de vermogensstand en
de gekozen instellingen overgenomen.
Activeren
De kookplaat moet ingeschakeld zijn.
Een van de kookzones kiezen die horen bij de
1.
CombiZone en de kookstand instellen.
Raak het symbool
ú
2.
De kookstand verschijnt in de indicatie van de
onderste kookzone.
De functie is geactiveerd.
Kookstand wijzigen
Een van de twee kookzones van de CombiZone kiezen
en de kookstand in het instelgebied veranderen.
Deactiveren
Kies een van beide kookzones die bij deze functie
horen en raak het symbool
De functie is gedeactiveerd. De beide kookzones
functioneren verder elk als onafhankelijke kookzone.
16
aan. De indicatie
is verlicht.
Ú
aan.
ú
uMove-functie
M et deze functie kunt u de CombiZone verbinden en
M o v e - f u n c t i e
voor beide kookzones verschillende vermogensstanden
kiezen. Vooraf ingestelde vermogensstanden:
Voorste kookzone = vermogensstand
Achterste kookzone = vermogensstand
De vooraf ingestelde vermogensstanden kunnen voor
elke kookzone onafhankelijk van elkaar worden
veranderd.
Aanwijzingen
Kookgerei op slechts één van de kookzones
■
plaatsen.De functie wordt niet geactiveerd wanneer
op elk van beide kookzones afzonderlijk kookgerei
staat.
In de indicatie van de kookzone waarop geen
■
kookgerei staat, is de kookstand zwakker. Deze
wordt pas geactiveerd wanneer de vorm op deze
kookzone verplaatst en herkend wordt.
Is de functie al geactiveerd en wordt er een tweede
■
vorm op de vrije kookzone geplaatst, dan blijft de
indicatie, net als daarvoor, zwak verlicht. De
kookzone is dan niet actief. De kookzone wordt pas
actief wanneer de eerste kookvorm verwijderd wordt.
Tips voor het gebruik van pannen
Om te zorgen voor een goede detectie en verdeling van
de warmte, wordt aanbevolen de pan correct te
centreren:
Gebruik slechts één pan die slechts een van de
kookzones bedekt.
De pan verplaatsen van de ene naar de andere
kookzone:
Š
.
‚